donderdag 11 november 2010

Federale bezinning 16 november

Federale bezinning 16 november 2010 God is mijn herder

Begroeting

God die ons roept,
God die ons zoekt,
God die niet langs ons heen kijkt,
maar ons ziet
en herkent wie we zouden kunnen zijn.
In naam van die God
+ Vader, Zoon en Geest,
zijn wij hier samen om bij Hem thuis te komen. Amen.

Lied

Mijn Herder zijt Gij, o mijn Heer, aan niets ontbreekt het mij;
ik vrees nu geen gevaren meer, Gij staat mij altijd bij.

In groene beemden voert Gij mij, waar Gij mij rusten doet.
Aan frisse wat'ren laaft Gij mij, verkwikkend mijn gemoed.

Langs veil'ge paden leidt Gij mij, omwille van uw Naam.
Langs donk're krochten ga ik vrij, gerust, want wij zijn saam.

Een avondmaal bereidt Gij mij voor 't oog van wie mij haat.
Met geurend' olie zalft Gij mij: mijn vreugd is zonder maat.

Uw zaalge zegen rust op mij en volgt mij overal.
In 't huis des Heren woon ik blij waar 'k eeuwig zingen zal.

Openingsgebed

Goddelijke herder
die de mensheid op uw schouders draagt,
laat de staf van uw woord
ons begeleiden op onze weg
Wees de stem
die ons bijeenroept,
zodat wij ons durven toevertrouwen
aan het licht van de dag
en wij antwoord kunnen bieden
aan de uitdagingen van deze wereld.
Door uw kracht bewogen en bezield

Gedicht

Toen ik alleen en angstig was heb ik,
hulp zoekend in uw woord gelezen,
en wat ik in de psalmen las heeft mij bevrijd
en mijn hart genezen.

Toen ik verdrietig was en geen vertroosting
vinden kon bij andere mensen,
toen vluchtte ik naar de psalmen heen
en zag uw liefde buiten alle grenzen

En toen ik blij was, en een lied,
uit dank in mijn hart begon te zingen,
vond ik mensenwoorden die niet vertellen konden

De gewone dingen verkregen plots een
heldere glans toen ik ze zag
in ’t licht , Heer, van uw woorden.

Spreek zo tot mij: geef mij de kans
om uw geheim voor anderen te verwoorden

Nel Benschop

Samen lezen : Psalm 23 toegeschreven aan David

Mijn herder is de Heer,
het zal mij nooit aan iets ontbreken

Hij brengt mij in een oase van groen,
daar strek ik mij uit aan de rand van het water
daar is het goed rusten.
Ik kom weer tot leven, dan trekken wij verder,
vertrouwde wegen, Hij voor mij uit.
Want God is zijn naam.

Al moet ik het duister in van de dood,
ik ben niet angstig, U bent toch bij me,
onder uw goede durf ik het aan.

Gij nodigt mij aan uw eigen tafel,
en allen die tegen mij zijn
moeten het aanzien: dat Gij mij bedient,
dat Gij mij zalft, mijn huid en mijn haren,
dat Gij mijn beker vult tot de rand.

Overal komen geluk en genade
mij tegemoet mijn leven lang.
En altijd kom ik terug in het huis
van de Heer, tot in lengte van dagen.

Duiding

Deze psalm drukt een fundamenteel vertrouwen uit.
De tekst word toegeschreven aan David,
niet de machtige koning of Opperpriester
In deze psalm staat hij nog in de traditie van de “ark van het verbond”,
en de “verbondstent”.
Hij is de gelovige, die zoals het Godvolk in Egypte
recht staat
staf in de hand,
klaar om verder te trekken
Voor ons is dit niet enkel een beeld,
maar ook een realiteit
We blijven bewust in onzekerheid en twijfel staan.
De zin van ons leven
vinden we in het samen zijn,
het gedragen worden door de gemeenschap
waar we de kracht om samen te werken
aan solidariteit, aan verbondenheid ,
zorg en kwetsbaarheid kunnen vinden.

Lied

Heer, onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig en hoe onzegbaar ons nabij,
Gij zijt gestadig met ons bezig, onder uw vleugels rusten wij.

Gij zijt niet ver van wie U aanbidden, niet hoog en breed van ons vandaan...
Gij zijt zo mens'lijk in ons midden, dat Gij dit lied wel zult verstaan.

Gij zijt onzichtbaar voor onze ogen en niemand heeft U ooit gezien.
Maar wij vermoeden en geloven dat Gij ons draagt, dat Gij ons dient.

Gij zijt in alles diep verscholen, in al wat leeft en zich ontvouwt.
Maar in de mensen wilt Gij wonen, met hart en ziel aan ons getrouwd.

Heer, onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig waar ook ter wereld mensen zijn.
Blijf zo genadig met ons bezig, tot wij in U volkomen zijn.

Schrifttekst : Kol. 3. 12-17

Omdat God u heeft uitgekozen,
omdat u zijn heiligen bent en hij u liefheeft,
moet u zich kleden in innig medeleven,
in goedheid, bescheidenheid, zachtmoedigheid en geduld.
[13] Verdraag elkaar en vergeef elkaar
als iemand een ander iets te verwijten heeft;
zoals de Heer u vergeven heeft,
moet u elkaar vergeven.
[14] En bovenal, kleed u in de liefde,
dat is de band die u
tot een volmaakte eenheid maakt.
[15] Laat in uw hart de vrede van Christus heersen,
want daartoe bent u geroepen
als de leden van één lichaam.
Wees ook dankbaar.
[16] Laat Christus’ woorden
in al hun rijkdom in u wonen;
onderricht en vermaan elkaar in alle wijsheid,
zing met heel uw hart psalmen en hymnen voor God
en liederen die de Geest u vol genade ingeeft.
[17] Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus,
terwijl u God, de Vader, dankt door hem.

Voorbeden

Een gebed voor wie door een donker dal gaat
Dat wij de genade herkennen wanneer die zich aanbiedt
en niet koppig verwachten of eisen
om voorgekauwde oplossingen aangereikt te krijgen

Dat we niet in frustratie, angst of woede ons afkeren
van wie ons een duurzamer pad wil leren kennen,
ook en vooral op moeilijke dagen

Laudate omnes gentes, laudate Dominum !
Laudate omnes gentes, Laudate Dominum

Een gebed voor iedereen aan wie mensen in nood zijn toevertrouwd
Dat we de verleiding weerstaan om onze kant en klareoplossingen
op te dringen
Dat we geduldig de noden en de kracht van anderen leren herkennen

Laudate omnes gentes, laudate Dominum !
Laudate omnes gentes, Laudate Dominum

Een gebed voor al wie bouwt aan het kader
waarbinnen onze wereld een zorgende wereld kan zijn
Dat we blijven kiezen voor een beleid
waarin groene weiden en rustige wateren aangeboden worden

Dat we toegankelijke opleidingstrajecten blijven uitstippelen
waarin mensen kunnen leren
een goede herder te zijn in een wereld van honger en dorst

Laudate omnes gentes, laudate Dominum !
Laudate omnes gentes, Laudate Dominum

Een gebed voor deze gemeenschap hier aanwezig
Dat wij hier kracht en moed vinden in de mensen en de natuur
in de stilte, de riten en de woorden,
in brood en wijn,
in de genade die her leeft

Laudate omnes gentes, laudate Dominum !
Laudate omnes gentes, Laudate Dominum

Lied

De Heer heeft mij gezien en onverwacht
ben ik opnieuw geboren en getogen.
Hij heeft mijn licht ontstoken in de nacht,
gaf mij een levend hart en nieuwe ogen.
Zo komt Hij steeds met stille overmacht,
en zo neemt Hij voor lief mijn onvermogen.

Hij doet met ons, Hij gaat ons in en uit,
heeft in zijn handen onze naam geschreven.
De Heer wil ons bewonen als zijn huis,
plant als een boom in ons zijn eigen leven,
wil met ons spelen, neemt ons tot zijn bruid;
en wat wij zijn, Hij heeft het ons gegeven.

Gij geeft het uw beminden in de slaap,
Gij zaait uw naam in onze diepste dromen.
Gij hebt ons zelf ontvankelijk gemaakt,
zoals de regen neerdaalt in de bomen,
zoals de wind, wie weet waarheen hij gaat,
zo zult Gij uw beminden overkomen.

Bezinning

God gij zijt een God van mensen, God
van het moment wij het levenslicht zien,
tot wij thuiskomen bij U
zijt Gij met ons begaan.

Op onze levensweg wilt Gij een Herder zijn
in goede maar ook in minder goede tijden.

Ook op deze dag willen wij
onze beden aan U toevertrouwen.

Goede God, wij willen U danken
voor de vele mensen
die als een herder zorg dragen voor anderen
thuis, of in ziekenhuizen, rust- en verzorgingscentra
velen als vrijwilliger in het verborgene,
anderen als pastor, arts of verpleegkundige.

We danken u voor allen die meegaan
met medemensen in hun lijden of verdriet
voor allen die met veel geduld luisteren
naar gekwetste mensen.

We danken voor allen die met een groot hart
in bewegingen of onderwijs
kinderen en jongeren
kansen geven om te groeien.

Wij willen U danken
voor zoveel ouders en grootouders
die zich belangeloos inzetten
als goede herders voor hun gezin en hun familie.

Goede God,
in de stilte van ons hart leeft nog zo veel meer.

Wij vragen U, luister naar onze gebeden
op voorspraak van Maria,
onze moeder en moeder van uw Zoon
Jezus Christus. Amen.

Lied

Maria, poort van Gods genade,
Gij hebt gedragen en gevoed,
die hemel en aarde niet omvatten.
Gij, dienstmaagd des Heren, wees gegroet.

Leer ons in deemoed met U waken,
in aandacht bij Gods heilig woord,
dat wij het aanhoren en bewaren,
O Zetel der Wijsheid, zoals Gij.

Gegroet, Gij Moeder van genade,
U prijzen alle volken groot.
Gezegend zijt Gij onder de vrouwen.
Gezegend die Gods woord hebt geloofd.

O Vrouw, in glorie opgenomen,
beeld en belofte van ons heil,
Gezegende, bid opdat wij groeien
in Christus de Heer tot volkomenheid.


Bezinning

Er is een stem die roept
en die kun je horen.
Ik hoop dat ook ons dat overkomt,
net als de leerlingen van Jezus.
Dat we geroepen worden
en weggehaald uit ons eigen kringetje.
Uit onze angst misschien,
uit onze eenzaamheid,
uit gevangenschap en onderdrukking.
Dat we opengaan en meegaan
met iets dat van buiten komt
en wat écht belangrijk is om voor te leven,
de moeite waard.
Jezus roept de leerlingen één voor één.
En zo roept Hij ook ons,
één voor één bij onze naam.
Maar je wordt nooit alleen geroepen.
Je wordt één voor één samen geroepen.
Je mag elkaar bij de hand houden,
zodat je het beter aankunt.

Zegen

Mocht deze bezinning ons bewust maken dat God onze herder is
in de naam van de Vader,Zoon en heilige Geest

Geen opmerkingen: