woensdag 12 februari 2014

Federale bezinning februari

BIDDEN MET KONING DAVID.


INLEIDING


Laten we deze bezinning beginnen met het kruisteken:
In de naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest. Amen

Vandaag bidden wij met koning David.
Aan David worden 150 psalmen toegeschreven.
Psalmen zijn gebeden waarin de gelovige joden alles wat hen overkomt
in verband brengen met Jahwe. "Hij die er is voor de mens."
In goede en kwade dagen voelen zij zich in Hem geborgen.
Psalmen leren ons bidden vanuit het leven.

Openingslied.


De vreugde voert ons naar dit huis waar ’t Woord aan ons geschiedt.
God roept zijn Naam over ons uit en wekt in ons het lied.

Dit huis van hout en steen, dat lang de stormen heeft doorstaan,
waar nog de wolk gebeden hangt van wie zijn voorgegaan,

Dit huis, dat alle sporen draagt van wie maar mensen zijn,
de pijler die het alles schraagt, wilt Gij die voor ons zijn?

Zal dit een huis, een plaats zijn waar de hemel opengaat,
waar Gij ons met uw eng’len troost, waar Gij U vinden laat?

Dit huis slijt met ons aan de tijd, maar blijven zal de kracht
die wie hier schuilen verder leidt tot alles is volbracht.

Stilte


Instrumentale orgelmuziek.


De aanwezigen staan op.
Iemand brengt een Bijbelboek vooraan
en plaats het goed zichtbaar in het midden
waar ook een wierookschaal staat met brandende kooltjes.
Een paar mensen gooien wat wierookkorrels op de kooltjes.

Psalm 8


Psalm 8 drukt verwondering uit om de schepping.
De mens dankt God dat hij als koning over de schepping mag heersen.
Alles wat de mens omringt verwijst naar de grootheid en goedheid van God.
Lezen wij nu die psalm, de vrouwen beginnen.


Heer onze Heer hoe machtig is uw Naam,
overal op aarde.

Gij die uw majesteit toont aan de hemel
Gij opent de mond van weerloze kinderen

En dan klinkt een lied dat uw vijand beschaamt
en brengt Gij uw tegenstanders tot zwijgen

Als ik kijk naar de hemel, het werk van uw vingers,
de maan en de sterren die Gij hebt bevestigd.

Wat is de dan de mens, dat Gij aan hem denkt,
de zoon van Adam, dat hij U ter harte gaat;

Toch hebt Gij hem bijna god gemaakt
en hem met glorie en luister gekroond;

Gij doet hem het werk van uw handen beheren
En alles hebt Gij aan zijn voeten gelegd.

Schapen en runderen, alles en alles
En ook de dieren in het vrije veld,

De vogels van de hemel, de vissen van de zee,
Al wat er wandelt op de paden van het water

Heer onze Heer hoe machtig is uw Naam overal op aarde.

Lied


Heer, onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig en hoe onzegbaar ons nabij,
Gij zijt gestadig met ons bezig, onder uw vleugels rusten wij.

Gij zijt niet ver van wie U aanbidden, niet hoog en breed van ons vandaan...
Gij zijt zo mens'lijk in ons midden, dat Gij dit lied wel zult verstaan.

Gij zijt onzichtbaar voor onze ogen en niemand heeft U ooit gezien.
Maar wij vermoeden en geloven dat Gij ons draagt, dat Gij ons dient.

Gij zijt in alles diep verscholen, in al wat leeft en zich ontvouwt.
Maar in de mensen wilt Gij wonen, met hart en ziel aan ons getrouwd.

Heer, onze Heer, hoe zijt Gij aanwezig waar ook ter wereld mensen zijn.
Blijf zo genadig met ons bezig, tot wij in U volkomen zijn.

Stilte

Psalm 103

Psalm103 is een ode aan de liefde en de barmhartigheid van God.
Als mensen zich klein voelen omwille van hen eigen zwakheid en schuld,
opent God telkens nieuwe perspectieven.
Lezen we de psalm alternerend.


Barmhartige Heer, genadige God.

Barmhartige Heer, genadige God.

Ja, wat de hemel is voor de aarde,
dat is zijn liefde voor hen die geloven.

Barmhartige Heer, genadige God.

Zover als het oosten van het westen vandaan is,
zover van ons af werpt Hij al onze zonden.

Barmhartige Heer, genadige God.


Hij kent ons toch. Hij is niet vergeten
dat wij gemaakt zijn uit het stof van de aarde.

Barmhartige Heer, genadige God.

Mensen, hun dagen zijn als het gras,
zij bloeien als bloemen in het open veld.
Dan waait de wind, en zij zijn verdwenen.

Barmhartige Heer, genadige God.

Maar duren zal de liefde van God
voor allen die zijn verbond bewaren,
zijn woord behartigen en het volbrengen.

Barmhartige Heer, genadige God.

Lied 316


Barmhartige Heer, genadige God.
Barmhartige Heer, genadige God.

Ja, wat de hemel is voor de aarde,
dat is zijn liefde voor hen die geloven.

Zover als het oosten van het westen vandaan is,
zover van ons werpt Hij al onze zonden.

Hij kent ons toch. Hij is niet vergeten
dat wij gemaakt zijn uit het stof van de aarde.

Mensen, hun dagen zijn als het gras,
zij bloeien als bloemen in het open veld.
Dan waait de wind en zij zijn verdwenen.

Maar duren zal de liefde van God
voor allen die zijn verbond bewaren,
zijn woord behartigen en het volbrengen.

Stilte.


Psalm


Psalm 23 is een lied van vertrouwen.
De woorden "U bent toch bij me"
vormen het houvast van elke gelovige.
Gods nabijheid geeft de mens kracht en sterkte
om in elke levenssituatie op adem te komen.



Mijn herder is de Heer,
Het zal mij ,nooit aan iets ontbreken.

Hij brengt mij in een oase van groen,
Daar strek ik mij uit aan de rand van het water
Daar is het goed rusten.

Ik kom weer tot leven, dan trekken wij verder,
vertrouwde wegen, Hij voor mij uit.
Want God is zijn naam.

Al moet ik het duister in van de dood,
ik ben niet angstig. U bent toch bij me,
onder uw hoede durf ik het aan.

Gij nodigt mij aan uw eigen tafel ,
En allen die tegen mij zijn
moeten het aanzien: dat Gij mij bedient,
dat Gij mij zalft, mijn huid en mijn haren,
dat Gij mijn beker vult tot de rand.

Overal komen geluk en genade
mij tegemoet, mijn leven lang.
En altijd kom ik terug in het huis
van de Heer, tot in lengte van dagen.


Lied


Mijn Herder zijt Gij, o mijn Heer, aan niets ontbreekt het mij;
ik vrees nu geen gevaren meer, Gij staat mij altijd bij.

In groene beemden voert Gij mij, waar Gij mij rusten doet.
Aan frisse wat'ren laaft Gij mij, verkwikkend mijn gemoed.

Langs veil'ge paden leidt Gij mij, omwille van uw Naam.
Langs donk're krochten ga ik vrij, gerust, want wij zijn saam.

Een avondmaal bereidt Gij mij voor 't oog van wie mij haat.
Met geurend' olie zalft Gij mij: mijn vreugd is zonder maat.

Uw zaalge zegen rust op mij en volgt mij overal.
In 't huis des Heren woon ik blij waar 'k eeuwig zingen zal.

Stilte

Psalm 139


Psalm 139 drukt de zekerheid ut dat God elke mens ten diepste kent.
Dit besef maakt de mens sterk,
ook wanneer hij zich onzeker of schuldig voelt.
Bidden we alternerend.


Gij peilt mij en Gij kent mij
Gij kent mijn zitten en staan
Gij weet vooraf wat ik denk
Gij kent mijn stappen, mijn rust.
Geen daad blijft in U verborgen.

Mijn mond is nog niet open,
Gij weet wat ik ga zeggen
Voor mij zijt Gij, en achter mij
En Gij legt uw hand op mij.
'k ben onrustig en verward.


Hoe kan ik aan U ontkomen?
Vlucht ik om U niet te zien?
Kijk ik op. Gij zijt er
Daal ik neer, ik vind U
Op de zee zelfs ziet Gij mij.

Als ik denk: 'k vlucht in de nacht,
Kan ik ook weer niet ontkomen,
want ik kan U niet weerstaan .
Gij verheldert elke schaduw
en omstaalt ons met uw licht

Lied


Vriendelijk Licht, dat heel de dag
aan de hemel hebt geblonken,
laat niet eenzaam in het donker
wie uw glorie stralen zag.

Vriendelijk Licht, dat leven schenkt
en het duister hebt verdreven,
geef mij warmte om te leven
als de koude dood mij wenkt.

Vriendelijk Licht, blijf in mijn hart
dat uw gloed niet kan ontberen,
nu de nacht gaat wederkeren
en al wat er leeft verstart.

Vriendelijk Licht, dat eeuwig brandt,
wil de dood in mij verteren,
Licht der zondaars, Licht des Heren,
Licht van 't eeuwig vaderland.

Stilte

Slotgebed.


Bidden we samen:

Heer, onze God, laat me met U spreken
als met mijn eigen vader..
Zonder angst en zonder schroom,
zonder verlegenheid en zonder masker,
zonder wikken en wegen maar open en eerlijk.

Laat me U zeggen wat me op het hart ligt,
wat me blij of droevig maakt, wat ik hoop en droom
voor mezelf en voor anderen....

Laat me U vertellen wat me bezighoudt
en wat me boeit wat me stoort en wat me ontgoochelt...

Laat me met U spreken Heer, als met mijn eigen vader.

Ik weet: U kent mijn diepste ik, U kent mij door en door...
En toch wil ik U dat alles zeggen en vertellen
en met U spreken als men mijn eigen vader.

Zegen.


Moge de Heer u zegenen en beschermen.
Moge de Heer het licht van zijn gelaat
over u doen schijnen en u genadig zijn.
Moge de Heer u zijn gelaat toewenden en u vrede geven.
Daartoe zegene ons de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen

Geen opmerkingen: