dinsdag 13 november 2012

Federale bezinning oktober

Die éne (stap)steen
Bezinning – dinsdag 16 oktober 2012

Welkom

We zijn al een hele eind gevorderd op onze levensweg. We weten dat iedereen zijn steentje moet bijdragen om er een geslaagde levenstocht van te maken. We weten dat we stapstenen nodig hebben en dat we zelf ook stapsteen moeten zijn. Op onze weg ondervinden we af en toe ook wel eens moeilijkheden. We ervaren dat wij als mens beperkt zijn en begrensd zijn. Dit wil zeggen dat we niet alles kunnen. Mensen maken fouten en dit brengt soms een ontgoocheling te weeg. Als mens moeten we proberen hiermee te leven. We moeten onze tekortkomingen leren aanvaarden. Als je als mens kan aanvaarden dat je niet alles kan, dat je fouten maakt, verleggen we als het ware een steen in onze rivier. Het water zal dan beter stromen. Je voelt je als mens beter. Je hebt je tekortkomingen aanvaard en zo ontdek je de rust in jezelf.

Openingslied

Ik had een droom van een wereld.
Wereld waaraan wij samen bouwen.
Droom van een wereld, wereld heel nieuw.

Wegen bouwen, maar dan allen samen,
handen reiken, maar aan allen samen
Op weg trekken met ons allen samen
Wegen verleggen en hand in hand trekken naar een nieuwe tijd.

Harten geven, maar dan allen samen
beter leven met z’n allen samen
Geest van Jezus bij ons allen samen
Geven w’ ons hart aan mekaar om te leven in een nieuwe tijd.


Kruisteken


Jij die bent : “Ik zal er zijn voor jou’, Jij die zin is van ons leven, word zichtbaar hier en nu, groei in ons, kom in ons tot leven. Wij heten Jou alvast welkom in de Naam van de Vader, de Zoon en de Heilige Geest.

Openingsgebed


God,
Gij die tot ons hebt willen spreken door uw Zoon Jezus Christus, wij danken U voor uw bevrijdend Woord, uw Woord dat ons op de weg zet naar onze bestemming, uw Rijk Gods.

Wil tot ons blijven spreken op velerlei wijzen: in de mensen met wie we samen wonen en samen werken, in degenen die we op onze weg tegenkomen; spreek tot ons door heel Uw Schepping, ook als we dwaalwegen gaan en we ons afwenden van U.

Laat ons delen in de geestkracht die is in U en in Jezus Christus. Moge die geest ons steeds opnieuw bezielen als we de weg van uw Zoon proberen te gaan.
Dat vragen wij U door Jezus Christus, onze Heer.

Verhaal


Twee vrienden liepen door de woestijn.
Op een bepaald moment kregen ze ruzie
en de ene vriend sloeg de ander in het gezicht.
Degene die geslagen werd was gekwetst,
maar zonder iets te zeggen schreef hij in het zand:
'VANDAAG SLOEG MIJN BESTE VRIEND MIJ IN HET GEZICHT.'
Zij liepen verder totdat zij een oase vonden,
waar zij besloten een bad te nemen.


Degene die was geslagen,
raakte vast in modder en dreigde te verdrinken,
maar de vriend redde hem.
Nadat hij was bijgekomen, schreef hij op een steen:
'VANDAAG REDDE MIJN BESTE VRIEND MIJN LEVEN.'
De vriend die had geslagen en zijn beste vriend had gered vroeg hem:
'Nadat ik je had geslagen, schreef je in het zand
en nu schrijf je op een steen, waarom?
'De andere vriend antwoordde:
'Als iemand ons pijn doet
moeten we het in zand opschrijven
waar de wind van vergeving het kan uitwissen.
Maar als iemand iets goeds doet voor ons,
moeten we het in steen graveren,
waar geen wind het ooit kan uitwissen.

Luisterlied de steen van Bram Vermeulen


Ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde.
Het water gaat er anders dan voorheen.
De stroom van een rivier hou je niet tegen.
Het water vindt er altijd een weg omheen.

Misschien eens gevuld van sneeuw en regen,
neemt de rivier mijn kiezel met zich mee.
Om hem dan glad en rond gesleten,
te laten rusten in de luwte van de zee.

Ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten,
ik leverde 't bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.

Ik heb een steen verlegd in een rivier op aarde.
Nu weet ik dat ik nooit zal zijn vergeten,
ik leverde 't bewijs van mijn bestaan.
Omdat, door het verleggen van die ene steen,
de stroom nooit meer dezelfde weg zal gaan.


Evangelie


De overspelige vrouw

2 Maar in de vroegte was Hij alweer in de tempel en heel het volk stroomde naar Hem toe. Hij ging zitten en onderrichtte hen. 3 Nu kwamen de schriftgeleerden en de Farizeeën aanzetten met een vrouw die betrapt was op echtbreuk. Ze brachten haar voor Hem 4 en zeiden: 'Meester, deze vrouw is op heterdaad betrapt op echtbreuk. 5 Mozes heeft ons in de wet voorgeschreven zulke vrouwen te stenigen. Hoe staat U daar tegenover?' 6 Met deze vraag wilden ze Hem op de proef stellen, om te zien of ze een aanklacht tegen Hem konden indienen. Maar Jezus bukte zich om met zijn vinger op de grond te schrijven. 7 Toen ze op een antwoord bleven aandringen, keek Hij op en zei: 'Wie van u zonder zonde is, moet dan maar als eerste een steen op haar werpen.' 8 En weer bukte Hij zich om op de grond te schrijven. 9 Zij echter trokken na die woorden weg, de een na de ander, te beginnen met de oudsten, zodat Hij alleen achterbleef met de vrouw daar vóór Hem. 10 Jezus keek op en vroeg haar: 'Waar zijn ze gebleven, vrouw? Heeft niemand u veroordeeld?' 11 'Nee Heer, niemand', antwoordde ze. Waarop Jezus zei: 'Ik veroordeel u ook niet. Ga nu maar, en zondig voortaan niet meer.'

Overweging


Jezus leert ons met mededogen kijken naar elkaar en naar onze kleine kanten. Hij doet wat we net niet verwachten: Zijn mildheid is altijd groter dan zijn oordeel, zo sterk laat Hij Gods genade werken in zijn hart.
Wanneer we de wapens trekken, weten we meestal diep van binnen dat het niet klopt wat we doen, hoeveel redenen we ook meedragen om een ander te veroordelen. Veroordelen werkt averechts. Wie zondigt, moet juist uitgenodigd worden. Want onder de wapens waarmee mensen zichzelf proberen te beschermen, schuilt een zacht hart.
Durven we te vertrouwen dat dit hart altijd zal spreken en gehoord wil worden?
Durven we kwetsbaar te worden in plaats van in de verdediging te gaan en met ons veroordelende vinger klaar te staan?
Laat ons mildheid en begrip oefenen, vanuit het vertrouwen dat ieder mens kan groeien en dat ook onze visie beperkt is. Hoe verschillend we allemaal ook zijn – ieder zijn eigen kleur – en hoezeer we ons hart ook afsluiten en bewapenen. We mogen stralen, ieder apart en allemaal samen!
Onze God kijkt ons aan in mededogen. Hij noemt onze naam, ontwapenend en liefdevol. Niet met een bril van kritiek, oordeel een onbegrip, maar met een bril van verdragen, gedogen, mee-dragen , mededogen; alleen zo kan onze kwetsbaarheid ons zacht maken.
Soms hoor je wel eens dat Jezus keek met de ogen van iemand die verliefd was op het leven. Zonder wat onaf is te ontkennen, ziet Hij onze kracht, waarin wij verder kunnen groeien.
En Hij blijft ons ononderbroken oproepen om ons die verliefde bril op te zetten, om ieders schoonheid en groeikracht te zien.

Voorbeden


Laten we bidden voor zij die zoeken in de stilte
naar een vuur voor hart en handen.

Mens voor de mensen zijn, herder als God,
trooster voor groot en klein, zo lief als God.


Laten we bidden voor zij die zingen op Gods adem
van de hoop die niet zal doven.

Mens voor de mensen zijn, herder als God,
trooster voor groot en klein, zo lief als God.


Laten we bidden voor zij die roepen
om vrede en van gerechtigheid dromen.

Mens voor de mensen zijn, herder als God,
trooster voor groot en klein, zo lief als God.


Laten we bidden voor zij die wachten in vertrouwen
dat de liefde zal blijven.

Mens voor de mensen zijn, herder als God,
trooster voor groot en klein, zo lief als God.

Onze Vader


Onze Vader, die in de hemelen zijt, geheiligd zijt uw naam.
Uw rijk kome, uw wil geschiede op aarde als in de hemel.
Geef ons heden ons dagelijks brood. En vergeef ons onze schulden,
gelijk ook wij vergeven aan onze schuldenaren.
En leid ons niet in bekoring,maar verlos ons van het kwade. Amen

Vredewens


Vrede en alle goeds is jullie toegewenst,
vrede, diep in je hart, vrede, die je de ogen opent voor de schepping,
vrede, voor wie je mag ontmoeten langs je weg.
Moge de verwondering, de verbondenheid en de vriendschap
ons vervullen met Gods vrede, vandaag morgen en altijd.
Die vrede van de Heer, zij met u.

Bezinning


Samen in stilte te bezinnen

Het leven is verraderlijk als de hemel, soms onbewolkt, soms dreigend. Het leven is gul als de voorjaarsregens, woest en wreed als een orkaan. Het leven is herfst en koude winter en zorgt in lente en zomer weer voor overvloed.
Geen ander leven is je gegeven! Altijd weer beweegt het tussen licht en duisternis, tussen hoop en wanhoop, tussen vertrouwen en onzekerheid.
Als je gelooft dat je nu de laatste hindernis Hebt genomen, dan heb je het mis. er is altijd weer een nieuwe hindernis, een andere berg te beklimmen, een andere strijd te voeren.
Maar houdt de strijd voor je op, dan ligt er alleen nog een kale vlakte voor je, zonder hindernissen om te nemen, dan is het tijd om dood te gaan, of dan ben je misschien al levend dood.
Leven is streven en strijden en bouwen, steeds maar bouwen. Steen op steen, idee na idee, droom boven droom, de daad bij het woord. Alleen achteromkijken om weer vooruit te gaan. Je bouwt niets op door je af te zetten tegen iets of iemand; Richt je niet tégen, maar op iets of iemand als de volheid van het leven wilt ontdekken en genieten. Leven is zich ontvouwen!

Slotgebed


God,
Bewaar ons voor dwaalwegen, behoed ons op al onze wegen, opdat we niet in den blinde gaan. Vervul ons van uw geest die richting wijst en die ons leidt naar uw Rijk Gods. Wil een barmhartige God blijven voor ons en neem ons bij de hand, richt onze voeten om het rechte pad te volgen. Dat de levenskracht van Jezus in ons mogen zijn opdat we dienstbaar zijn, vandaag en tot in de lengte van de dagen. Dat vragen wij U door Jezus Christus, onze Heer.
Amen.

Slotlied


Om samen zorgend mens te zijn, een band over elke scheidingslijn.
Om zus of broer voor elk te zijn, een mens met open handen.
Kom hoor rond je eigen ik om open oor voor elk te zijn
een oor dat echt luistren wil uit liefde voor de ander.

Om dienstbaar voor elkaar te zijn, bewogen door elkanders pijn.
Om feest en licht en vuur te zijn en voor elkaar te danken.
Kom kijk rond je eigen ik om open oog voor elk te zijn.
een oog dat steeds kijken wil uit liefde voor de ander.

Om liefdevol en fijn te zijn, gebroken brood, een beker wijn.
Om niet alleen van mij te zijn een wereld van verlangen.
Kom leef voor je medemens om open hart voor elk te zijn
een hart dat zich geven wil uit liefde voor de ander.

Geen opmerkingen: