zondag 22 maart 2009

Palmzondag Konterdam en Stene

PALMZONDAG 2009 Sint-Catharina en Sint-Anna

Verwelkoming

Priester en misdienaars gaan naar voren.
Ze zitten neer op de stoelen en allen gaan zitten.

René

Vandaag is het Palmzondag.
Het begin van de Goede Week.
Op onze tocht naar Pasen
zijn we vandaag op een belangrijke "halteplaats " gekomen.
Wij gedenken Jezus’ feestelijke intocht in Jeruzalem.
Mensen juichen hem toe als een koning met palmtakken.

Chris

Palmzondag is het verhaal van twee gezichten.De twee gezichten in ieder van ons,
voortdurend met elkaar in gevecht:

Kies ik voor mezelf of kies ik voor de ander,
ga ik mee met de massa of ga ik mijn eigen weg,
laat ik me ophitsen of blij ik genuanceerd,
ben ik vasthoudend of geef ik de moed op?

René

Op Palmzondag tonen hosanna en kruisig hem,
aanbidding en bespotting,
vasthoudendheid en verraad de mens.
We zien onszelf in onze dagelijkse worsteling
en we zien waartoe het kan leiden.

Chris

Palmzondag is niet een dag van toen en daar
maar een moment om stil te staan bij het hier en nu.

Ons geweten wordt gewekt:
ben ik dienaar of heerser,
zoek ik macht of bescherm ik wat kwetsbaar is,
hoe standvastig ben ik,
hoe sterk sta ik in mijn keuzes,
hoe ver durf ik gaan?

Priester

Laten wij vandaag meetrekken met Jezus, Jeruzalem in,
en met hem meegaan tot het einde toe,
tot de dood op het kruis.
Op deze tocht met Jezus zijn we hier samen

In de naam van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. AMEN

Palmwijding

God, onze Vader
zegen deze altijd groene palmtakken
zegen hen die ze straks een plaats zullen geven
aan het kruisbeeld in hun huis,
zegen ook het huis waar deze palm zal worden geplaatst,
Zegen hen, waar ter wereld ook,
met uw naam: Vader, Zoon en Heilige Geest. Amen

Als afsluiting van deze palmwijding
luisteren wij naar het verhaal van Jezus' intocht in Jeruzalem.

Maria

Toen Jezus en zijn leerlingen dicht bij Jeruzalem waren,
stuurde Hij twee van zijn leerlingen erop uit met de opdracht:
‘Ga naar het dorp daar vlak voor je.
Meteen als je er binnenkomt zul je een veulen vinden
dat vastgebonden staat en waarop nog geen mens gezeten heeft.
Maak het los en neem het mee.

Als iemand tegen jullie zegt: “Wat doen jullie daar” zegt dan
“De Heer heeft het nodig, Hij stuurt het meteen weer terug.”

Ze gingen weg en namen het veulen mee naar Jezus,
wierpen er hun kleren over heen, en Hij ging er op zitten.
Velen spreidden hun kleren uit op de weg,
anderen deden hetzelfde met twijgen die ze op het veld gesneden hadden.

Zo wel de mensen die voorop gingen als die volgden schreeuwden: Hosanna. Gezegend Hij die komt in de Naam van de Heer.
Gezegend het koninkrijk dat komen gaat van onze vader David.
Hosanna in de hoogste hemel.

Processie

De misdienaars gaan voorop, daarna enkele vormelingen met grote palmtakken,
daarna de priester. Ze gaan naar achteren via de kant van het orgel en dan naar voor tot aan de biechstoel en dan terug naar voren rond het podium.
Iedereen die wil kan volgen.

365 GLORIE, LOF EN EER AAN U

Glorie, lof en eer aan U:
Christus, Koning, Verlosser.
U weerklinke ons blij gezang:
Hosanna de Zoon van God.

Gij, onze Koning, Zoon van God, komt in de naam des Heren.
Hemel en aarde loven U, mensen en eng'lenkoren.
Wuivend met palmen als weleer, loven wij U met zangen.
Daags voor uw lijden, dat ons redt, eren wij U als Koning.
Moge de vroomheid van uw volk U, goede God, behagen.

Openingsgebed

God, onze Vader
Vandaag herdenken we
hoe Jezus door zijn tijdgenoten
werd toegejuicht als een koning, die kwam in Uw naam.
Maak ons hart waakzaam en moedig
dat we niet vergeten dat zijn koningschap
niet gebouwd was op macht
maar op dienstbaarheid en trouw aan Uw liefde,
tot het einde toe, zelfs als mensen Hem wilden doden.
Dit vragen we voor vandaag en alle dagen,
tot het einde van de tijd. Amen

Het lijdensverhaal volgens Marcus 14.32- 15.47)

Lector 1
Lector 3
PRIESTER

Ze kwamen bij een olijfgaard die Getsemane heette,
en hij zei tegen zijn leerlingen:

‘Blijven jullie hier zitten, terwijl ik ga bidden.’

Hij nam Petrus, Jakobus en Johannes met zich mee.
Hij voelde zich onrustig en angstig worden en zei tegen hen:

‘Ik voel me dodelijk bedroefd; blijf hier waken.’

Hij liep nog een stukje verder,
liet zich toen op de grond vallen
en bad dat dit uur zo mogelijk aan hem voorbij mocht gaan.
Hij zei:

‘Abba, Vader, voor u is alles mogelijk,
neem deze beker van mij weg.
Maar laat niet gebeuren wat ik wil, maar wat u wilt.’

Hij liep terug en zag dat zijn leerlingen lagen te slapen.
Hij zei tegen Petrus:

‘Simon, slaap je? Kon je niet één uur waken?
Blijf wakker en bid dat jullie niet in beproeving komen;
de geest is wel gewillig, maar het lichaam is zwak.’

Weer ging hij weg om te bidden,
met dezelfde woorden als daarvoor.
Toen hij weer terugkwam, lagen ze opnieuw te slapen,
want hun ogen vielen steeds dicht,
en ze wisten niet wat ze hem moesten antwoorden.

Toen hij voor de derde maal terugkwam,
zei hij tegen hen:

‘Liggen jullie daar nog steeds te slapen en te rusten?
Het is zover: het ogenblik is gekomen
waarop de Mensenzoon wordt uitgeleverd aan de zondaars.
Sta op, laten we gaan; kijk, hij die me uitlevert, is al vlakbij.’

Nog voor hij uitgesproken was,
kwam Judas eraan, één van de twaalf,
in gezelschap van een met zwaarden en knuppels bewapende bende,
die door de hogepriesters, schriftgeleerden en oudsten was gestuurd.
Met hen had zijn verrader een teken afgesproken.
Hij had gezegd:

‘Degene die ik kus, die is het.
Neem hem gevangen en voer hem weg onder strenge bewaking.’

Toen hij eraan kwam, liep hij recht op Jezus af, zei:

‘Rabbi!’

en kuste hem.
Ze grepen hem vast en namen hem gevangen.
Een van de omstanders trok een zwaard,
ging de dienaar van de hogepriester te lijf en sloeg hem een oor af.
Jezus zei tegen hen:

‘U bent er met zwaarden en knuppels op uitgetrokken
om mij te arresteren, alsof ik een misdadiger ben!
Dagelijks was ik bij jullie in de tempel om onderricht te geven,
en toen hebben jullie me niet gevangengenomen;
maar dit gebeurt omdat de Schriften in vervulling moeten gaan.’

Toen lieten allen hem in de steek en vluchtten weg.
Een jongeman, die alleen een linnen kleed aanhad,
probeerde bij hem te blijven,
maar toen ook hij werd vastgegrepen,
liet hij het kleed in hun handen achter en vluchtte naakt weg.

Lied

Met de boom des levens wegend op zijn rug,
droeg de Here Jezus Gode goede vrucht.

Kyrië eleison, wees met ons begaan,
doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

Vervolg lijdensverhaal

Jezus werd meegevoerd naar het huis van de hogepriester
om te worden voorgeleid,
en alle hogepriesters, oudsten en schriftgeleerden
kwamen daar bijeen.
Petrus volgde hem op een afstand
tot op de binnenplaats van het huis van de hogepriester,
waar hij tussen de knechten ging zitten
en zich warmde aan het vuur.

De hogepriesters en het hele Sanhedrin
probeerden iemand een getuigenverklaring tegen Jezus te laten afleggen
op grond waarvan ze hem ter dood konden veroordelen,
maar dat lukte hun niet;
want hoewel veel mensen een valse verklaring aflegden,
waren hun getuigenissen niet eensluidend.

Toen kwamen er een paar met de volgende valse verklaring:

‘We hebben hem horen zeggen:
“Ik zal die door mensenhanden gemaakte tempel afbreken
en in drie dagen een andere opbouwen
die niet door mensenhanden gemaakt is.”’

Maar ook op dit punt waren de getuigenverklaringen niet afdoende.
De hogepriester stond op en vroeg Jezus:

Waarom antwoordt u niet? U hoort toch wat deze getuigen zeggen?’

Maar hij bleef zwijgen en antwoordde niet.
Toen vroeg de hogepriester hem:

‘Bent u de messias, de Zoon van de Gezegende?’

Jezus zei:

‘Dat ben ik, en u zult de Mensenzoon aan de rechterhand
van de Machtige zien zitten
en hem zien komen op de wolken van de hemel.’

De hogepriester scheurde zijn kleren en zei:

‘Waarvoor hebben we nog getuigen nodig?
U hebt de godslastering gehoord; wat is uw oordeel?’

Allen oordeelden dat hij schuldig was en de doodstraf verdiende.


Terwijl Petrus beneden op de binnenplaats was,
kwam een van de dienstmeisjes van de hogepriester voorbij.
Toen ze Petrus bij het vuur zag zitten,
keek ze hem aan en zei:

‘Jij was ook bij die Jezus van Nazaret!’

Maar hij ontkende dat en zei:

‘Ik weet niet waar je het over hebt,
ik begrijp echt niet wat je bedoelt.’

Hij ging naar buiten, naar het voorportaal, en er kraaide een haan.
Toen het meisje hem daar weer zag, zei ze opnieuw,
nu tegen de omstanders:

‘Hij is een van hen!’

Maar hij ontkende het weer.
En algauw zeiden ook de omstanders tegen Petrus:

‘Je bent wel degelijk een van hen,
jij komt immers ook uit Galilea.’

Maar hij begon te vloeken en zwoer:

‘Ik ken die man over wie jullie het hebben niet!’

En meteen kraaide de haan voor de tweede keer.
En Petrus herinnerde zich dat Jezus tegen hem gezegd had:
‘Voordat een haan tweemaal heeft gekraaid,
zul je mij driemaal verloochenen.’
En toen hem dat te binnen schoot, begon hij te huilen.

Lied

Laten wij God loven, leven van het licht,
onze val te boven in een evenwicht.

Kyrië eleison, wees met ons begaan,
doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

Vervolg lijdensverhaal
‘s Ochtends in alle vroegte kwamen de hogepriesters,
de oudsten en de schriftgeleerden
en het hele Sanhedrin in vergadering bijeen.
Na Jezus geboeid te hebben,
brachten ze hem weg en leverden hem over aan Pilatus.
Pilatus vroeg hem:

‘Bent u de koning van de Joden?’

Hij antwoordde:

‘U zegt het.’

De hogepriesters brachten allerlei beschuldigingen tegen hem in.
Pilatus vroeg hem toen:

‘Waarom antwoordt u niet?
U hoort toch waar ze u allemaal van beschuldigen?’

Maar Jezus zei helemaal niets meer, tot verwondering van Pilatus.

Pilatus had de gewoonte om op elk pesachfeest
één gevangene vrij te laten op verzoek van het volk.
Op dat moment zat er een zekere Barabbas gevangen,
samen met de andere opstandelingen
die tijdens het oproer hadden gemoord.
Een grote groep mensen trok naar Pilatus
en begon hem te vragen om ook nu te doen wat zijn gewoonte was.
Pilatus vroeg hun:

‘Wilt u dat ik de koning van de Joden vrijlaat?’

Want hij begreep wel dat de hogepriesters
hem uit afgunst hadden uitgeleverd.
Maar de hogepriesters hitsten de menigte op
om te zeggen dat hij Barabbas moest vrijlaten.

Toen zei Pilatus tegen hen:

‘Wat wilt u dan dat ik doe met die man
die u de koning van de Joden noemt?’

En ze begonnen weer te schreeuwen.

‘Kruisig hem!’

Pilatus vroeg:

‘Wat heeft hij dan misdaan?’

Maar ze schreeuwden nog harder:

‘Kruisig hem!’

Omdat Pilatus de menigte tevreden wilde stellen,
liet hij Barabbas vrij.
Jezus leverde hij uit om gekruisigd te worden,
nadat hij hem eerst nog had laten geselen.

Lied

Met de boom des levens loodzwaar op zijn rug,
droeg de Here Jezus Gode goede vrucht.

Kyrië eleison, wees met ons begaan,
doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

Vervolg lijdensverhaal

De soldaten leidden hem weg,
het paleis (dat wil zeggen het pretorium) in,
en riepen de hele cohort bijeen.
Ze trokken hem een purperen gewaad aan,
vlochten een kroon van doorntakken en zetten hem die op.
Daarna brachten ze hem hulde met de woorden:

‘Gegroet, koning van de Joden!’

Ze sloegen hem met een rietstok tegen het hoofd
en bespuwden hem,
en bogen onderdanig voor hem.
Nadat ze hem zo hadden bespot,
trokken ze hem het purperen gewaad uit
en deden hem zijn kleren weer aan.
Toen brachten ze hem naar buiten om hem te kruisigen.

Ze dwongen een voorbijganger die net de stad binnenkwam,
Simon van Cyrene,
de vader van Alexander en Rufus,
om het kruis te dragen.
Ze brachten hem naar Golgota,
wat in onze taal ‘schedelplaats’ betekent.
Ze wilden hem met mirre vermengde wijn geven,
maar hij nam die niet aan.
Ze kruisigden hem en verdeelden zijn kleren onder elkaar;
ze dobbelden erom wie wat zou krijgen.
Het was in het derde uur na zonsopgang toen ze hem kruisigden.
Het opschrift met de aanklacht tegen hem luidde:
‘De koning van de Joden’.
Samen met hem kruisigden ze twee misdadigers,
de een rechts van hem, de ander links.
De voorbijgangers keken hoofdschuddend toe
en dreven de spot met hem:

‘Ach, kijk nu toch eens!
Jij die de tempel afbreekt en in drie dagen weer opbouwt,
red jezelf toch door van het kruis af te komen.’

Ook de hogepriesters en de schriftgeleerden
maakten onder elkaar zulke spottende opmerkingen:

‘Anderen heeft hij gered, maar zichzelf redden kan hij niet;
laat die messias, die koning van Israël,
nu van het kruis afkomen.
Als we dat zien, zullen we geloven!’

Ook de twee andere gekruisigden beschimpten hem.

Op het middaguur viel er een duisternis over het hele land,
die drie uur aanhield.
Aan het einde daarvan, in het negende uur, riep Jezus met luide stem:

‘Eloï, Eloï, lema sabachtani?’,

wat in onze taal betekent:

‘Mijn God, mijn God, waarom hebt u mij verlaten?’

Toen de omstanders dat hoorden,
zeiden enkelen van hen:

‘Hoor, hij roept Elia!’

Iemand ging snel een spons halen,
doordrenkte die met zure wijn,
stak de spons op een stok en probeerde hem te laten drinken,
terwijl hij zei:

‘Laten we eens kijken of Elia komt om hem eraf te halen.’

Maar Jezus slaakte een luide kreet en blies de laatste adem uit.
En het voorhangsel van de tempel scheurde van boven
tot onder in tweeën.
Toen de centurio, die recht tegenover hem stond,
hem zo zijn laatste adem zag uitblazen, zei hij:

‘Werkelijk, deze mens was Gods Zoon.’

Laten we rechtstaan en even bidden in stilte

Van een afstand keken ook enkele vrouwen toe,

onder wie Maria uit Magdala
en Maria de moeder van Jakobus de jongere en van Joses,
en Salome.
Toen hij in Galilea verbleef,
waren deze vrouwen hem gevolgd
en hadden ze voor hem gezorgd,
net als vele andere vrouwen
die met hem waren meegereisd naar Jeruzalem.

Toen de avond al gevallen was
(het was de ‘voorbereidingsdag’,
dat wil zeggen de dag voor de sabbat),
kwam Josef van Arimatea,
een vooraanstaand raadsheer,
die zelf ook de komst van het koninkrijk van God verwachtte.

Hij raapte al zijn moed bijeen en ging naar Pilatus,
die hij om het lichaam van Jezus vroeg.
Het bevreemdde Pilatus dat hij al dood zou zijn
en hij riep de centurio bij zich, aan wie hij vroeg of Jezus al gestorven was,
en toen de centurio dat bevestigd had,
gaf hij het lijk aan Josef.
Josef kocht een stuk linnen,
haalde Jezus van het kruis en wikkelde hem in het linnen.
Daarna legde hij hem in een graf dat in de rots was uitgehouwen
en rolde een steen voor de ingang.

Maria uit Magdala en Maria de moeder van Joses
keken toe in welk graf hij werd gelegd.

Lied ZJ 371 strofe 1

O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon,
o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon,
o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag,
hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag.

Voorbeden

Priester

In verbondenheid met Jezus
die tot op het kruis bleef vertrouwen stellen in God, zijn Vader,
willen wij bidden.

Maria

God, geef troost en bemoediging
aan alle mensen die een zwaar kruis hebben te dragen.
Help ons het leed van onze naasten te verlichten
en maak ons bereid mee te werken
aan het wegnemen van de oorzaken van lijden dat niet nodig is.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden, laat ons bidden in de stilte van ons hart,Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.

God, Uw Zoon Jezus
heeft Zijn macht nooit misbruikt,
Hij werd bespot en kreeg een doornenkroon op.
Laten wij bidden voor allen
die in onze samenleving of wereldwijd
dat ze hun macht gebruiken
in dienst van mensen.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden, laat ons bidden in de stilte van ons hart,Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.

God, ook nu nog worden mensen
gemarteld en gevangen genomen vanwege hun geloof
of hun inzet voor mensen.
Geef hen de kracht om vol te houden
en maak ons moedig om voor hen op te komen.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden, laat ons bidden in de stilte van ons hart,Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.

Priester

God, net als Jezus willen wij ons leven in uw handen leggen.
Wil ons helpen om ons eigen kruis te dragen
en dat van zoveel andere mensen
te helpen dragen,
dit vragen we u, in naam van Jezus,
uw zoon en onze heer,
elke dag opnieuw, tot in eeuwigheid. Amen
Offerande
Broederlijk Delenlied (CD)

Geworteld als de tamarinde boom
Groeiend in de wereld in het woud.
Kracht gebundeld rijpe vruchten
Wijsheid kennis eeuwen oud
Wijsheid kennis eeuwen oud
In de wereld in het woud.

Weg, verdreven door vooruitgang
Uit het woud dat leven geeft.
Groot gewin kent slechts genade
Als je naar hun regels leeft.
Waardig volk een eigen mening
Leer elkaar vooruit te gaan
‘groep’ is kracht een beter leven
onderaan gaat rechtop staan,
onderaan gaat rechtop staan.

Stem verloren, eenzaam zwijgend
In een verre vreemde stad,
Leven als verborgen mensen
Zonder toekomst, afgemat.
Opgestaan, elkaar gevonden
Waardig werk, hernieuwd bestaan,
‘samen’ werkt, een nieuwe morgen
onderaan gaat sterker staan, onderaan gaat sterker staan
Gebed over de gaven

Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen,
tot lof en eer van zijn Naam,
tot welzijn van ons en van heel zijn Heilige Kerk.
Gebed over de gaven
God, vader van alle mensen, brood en wijn brengen wij hier in ons midden,
wij willen het breken en delen met allen hier aanwezig,
maar ook met mensen in heel de wereld.
Daarom zetten we ook onze bijdragen
voor Broederlijk Delen hier bij het altaar,
dat ze leven mogen geven aan de mensen in de sahel
zoals een gedeelde beker water voor wie dorst heeft.
Moge het delen van dit brood en deze beker
ons kracht geven om in de Goede Week
in dienstbaarheid op weg te gaan met Jezus
Hij die onze Heer en broeder is, tot in eeuwigheid. Amen

Prefatie

De Heer zal bij u zijn. De Heer zal u bewaren.
Verheft uw hart We zijn met ons hart bij de Heer
Brengen we dank aan de Heer onze God
Hij is onze dankbaarheid waardig

Goede God en Vader, om recht te doen aan uw heerlijkheid
om heil en genezing te vinden zullen wij u danken,
altijd en overal door Christus onze Heer.

Almachtige Vader, eeuwige God, dit is een dag van vreugde
want vandaag zijn wij uw Zoon
met palmtakken en lofzangen tegemoet getrokken
Wij hebben Hem toegejuicht en Hem geprezen
om wat Hij voor ons betekent,
om wat Hij voor de velen heeft gedaan en nog doet

Terecht klinkt dan ook op deze dag deze lofzang:

Heilig

Glorie, Lof en eer aan u: Christus, koning verlosser.
U weerklinke ons blij gezang: Hosanna de Zoon van God.

Ja Vader, heilig en goed zijt Gij. Wij danken U voor uw Zoon, Jezus Christus
die Gij ons gegeven hebt om alle mensen te helpen om gelukkig te zijn.

Hij heeft gezegd en wij geloven dat Hij niet gekomen is om gediend te worden maar om te dienen.

Niet om te veroordelen is Hij gekomen, maar om uit te nodigen.
Hij is gekomen om één te zijn met de mensen ook in lijden en sterven.

In uw dienende liefde, Heer, hebt Gij U totaal gegeven.
Moge de wereld U ontmoeten
in dienstbaarheid tegen over de medemensen.

Op de avond voor zijn dood tijdens het laatste avondmaal

Acclamatie

Als wij eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

Trouw aan dit woord, Vader,
trouw aan zijn zending,
trouw aan zijn bidden voor zijn leerlingen en voor de wereld,
willen wij U ook onze beden voorleggen -
Op deze dag van lof en eer brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
de mensen die lijden en die verdriet hebben, om welke reden ook
Geef hen kracht en sterkte, God

Op deze dag van lof en eer
brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
uw eigen volk - de mensen die in U geloven -over de gehele aarde -
Geef hen kracht en sterkte, God

Op deze dag van lof en eer
brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
diegenen die hier ter plekke op welke wijze ook
meebouwen aan de gemeenschap van gelovigen -
in onze parochies. Vader, geef ons kracht en sterkte

Op deze dag van lof en eer brengen wij uitdrukkelijk
voor uw aangezicht de mensen van wie wij houden.
Ook hen van wie wij niet genoeg houden.
Herinner U allen die gestorven zijn
en ontvang hen met liefde in uw huis.

God, onze Vader, breng ons allen eenmaal thuis bij U,
en bij Christus, uw Zoon, samen met Maria, zijn Moeder, en met alle heiligen. Dan zullen wij met Jezus Christus voor altijd gelukkig zijn.

Door Hem en met Hem en in Hem zal uw Naam geprezen zijn,
Heer, onze God, almachtige Vader,
in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

Onze Vader

Vredeswens

Heer Jezus Christus, Gij wenst ons uw vrede toe,
Gij wilt dat iedere plaats een stad van vrede wordt.
Schenk ons de moed om ons met elkaar te verzoenen
en vrede te stichten. Amen.

Lam Gods

Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons.
Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, geef ons de vrede.


Communielied (776)

Stem die ons roept, Vader die draagt,Rots van vertrouwen, aan mensen gewaagd.Herder die hoedt: niemand verloren,ieder als beeld van uw Liefde herboren.Woord van God is wat Hij doet: Hij geeft leven in overvloed.Mensen gegeven, getrouw aan elkaar verbonden voorgoed in dat oude gebaar: brood om te worden, wijn om te delen; wij dragen uw kracht om de wereld te helen.Handen geopend voor iedere nood geloof zonder daden geleidt naar de dood. Geloven is doen wat de woorden beleden, geloven is werken voor recht en voor vrede.
Bezinning

Ann

Soms heb je er geen woorden voor
om je geloof in Jezus uit te drukken
als bron van leven in vreugde en verdriet.
Met deze kleine groene palmtak
laat je aan mensen even zien dat Jezus bij jou thuis mag zijn
Hij die eens alle pijn en onmacht op Zijn schouders heeft genomen
en als verrezene ons de hand reikt.
Het is een teken van onze hoop dat Hij ons altijd nabij blijft
van ons verlangen Hem na te volgen
in liefde en inzet voor medemensen

Stilte

Slotgebed

God,
vandaag zijn we de Goede Week begonnen.
We herdenken en geloven dat Jezus’ zelfgave op het kruis
het begin was van nieuw leven voor elke mens.
Leer ons zoals Jezus op u vertrouwen
en in zijn voetsporen de weg gaan van
dienstbaarheid en trouw, ook als het moeilijk wordt.
Help ons te leven in verbondenheid met zovele mensen
die vandaag een kruis moeten dragen
Dat de kleine stappen die we kunnen zetten
een teken mogen zijn van uw zorg en liefde voor mensen.
Dat vragen wij U voor vandaag
en morgen en alle dagen. Amen.

Zending en zegen

Ga dan heen en neem een palmtakje mee,
als herinnering aan Gods trouw
als oproep tot navolging van Jezus
als getuige in je huis van de hoop
dat er bij God leven is over de dood heen.
En moge God ons zegenen om de weg van Jezus te gaan,
Hij die is vader, Zoon en H.Geest. Amen
Er klinkt sfeervolle muziek op het orgel De acolieten helpen met het uitdelen van de palmen.

Geen opmerkingen: