dinsdag 29 april 2014

3de zondag van Pasen

Moment van inkeer


Heer, de leerlingen van Emmäus
openden hun hart voor het woord van de Schrift.
Open ook ons hart voor uw boodschap.
Heer, ontferm U over ons. Heer wees goed voor ons

Wanneer het donker ons verrast,
houdt ons dan met uw goedheid vast: Kyrie eleison!

Christus, de leerlingen van Emmäus
herkenden U bij het breken van het brood.
Open ook onze ogen om u te herkennen in deze eucharistie.
Christus, ontferm U over ons. Christus wees goed voor ons

Ontvlam in ons en vuur ons aan!
Getroost zullen wij verder gaan: Kyrie eleison!

Heer, de leerlingen van Emmaus stonden direct op
om het nieuws in Jeruzalem te gaan vertellen.
Open ons hart om zonder aarzelen
te getuigen van ons geloof.
Heer, ontferm U over ons. Heer wees goed voor ons

Hij gaat ons voor, is ons vooruit.
De schepping zingt zijn vreugde uit : Amen. Halleluja!


Voorbeden


Voor al wie verantwoordelijkheid draagt in onze Kerkgemeenschappen
dat zij mensen begeleiden in het geloof en het vertrouwen
in de werking van Gods Geest
en de vele tekenen van Gods aanwezigheid in onze tijd helpen zien.
Laten wij zingend bidden.

Confitemini Domino quoniam bonus
Confitemini Domino alleluia

Voor de nieuwgedoopten,
voor hen die in deze paastijd het vormsel zullen ontvangen;
voor de kinderen die Jezus voor het eerst zullen ontvangen in de eucharistie en voor allen die Jezus willen volgen.
Dat zij de vreugde van het geloof mogen ontdekken
en Jezus navolgen in zijn liefde voor mensen.
Laten wij zingend bidden

Confitemini Domino quoniam bonus
Confitemini Domino alleluia

Voor allen in onze kerkgemeenschap
die als catechist of leerkracht
kinderen en volwassenen begeleiden
in het begrijpen van de Schriften
en voor hen die in Jezus’ naam voorgaan in het gebed
en in het breken van het brood.
Dat zij met vreugde getuigen
van het geloof en de hoop die in hen leeft.
Laten wij zingend bidden

Confitemini Domino quoniam bonus
Confitemini Domino alleluia


Bezinning na de communie


Als je morgen naar Emmaüs moet,
en onderweg komen er vragen in je hart
en twijfels in je geest,
en zinkt de moed je in je schoenen,
zie toe wie met je meegaat op de weg.
Het zal een mens zijn die eerst vreemd voor je is.
Misschien luistert hij en maakt veel voor je duidelijk.
Zijn stem zal warm zijn en vol begrip; zijn hand vast en zacht,
en wanneer je hem bij je uitnodigt om binnen te komen –
het zal bij valavond zijn ¬-
zie toe als hij met je het brood breekt:
het kan de Heer zijn, heel duidelijk,
en daarna maar weer gewoon de mens
die de weg met je gaat.

Stilte

maandag 21 april 2014

2de Paaszondag

Moment van inkeer


Heer, kom in ons midden,
en vul ons hart met geloof in uw aanwezigheid.
Heer wees goed voor ons.

Wanneer het donker ons verrast,
houdt ons dan met uw goedheid vast: Kyrie eleison!

Christus, zeg uw vrede toe overal
waar er tweedracht en verdeeldheid is,
Christus, wees goed voor ons

Ontvlam in ons en vuur ons aan!
Getroost zullen wij verder gaan: Kyrie eleison!

Heer, schenk ons uw heilige Geest,
de Helper die ons inspireert en kracht geeft
Heer, wees goed voor ons.

Hij gaat ons voor, is ons vooruit.
De schepping zingt zijn vreugde uit : Amen. Halleluja!


Voorbeden


Kind 5

Wij openen ons hart
voor zoveel mensen die ons graag zien.

Kind 6

Wij bidden voor mama en papa,
broers en zussen, oma en opa,
onze familie en onze vrienden,
dat wij samen in liefde mogen leven.

Luister naar wat wij nu aan u vragen, God.
Luister naar ons en wees ons nabij.

Kind 7

Wij openen onze oren voor mensen die roepen om hulp.
Wij bidden voor oude en zieke mensen.

Kind 8

Wij bidden voor allen
die aan de kant gezet worden,
dat zij vrienden vinden
die voor hen klaar staan.
Laat ons zingend bidden.

Luister naar wat wij nu aan u vragen, God.
Luister naar ons en wees ons nabij.

Kind 9

Wij openen onze ogen voor de mensen in de hele wereld.
Wij bidden voor mensen die arm zijn en honger hebben,
Wij bidden voor vrede in de wereld,
dat alle mensen een plaats vinden om te wonen.


Kind 10

Wij openen onze armen voor Jezus. Hij ziet ons graag.
Wij bidden voor alle kinderen,
dat zij Jezus mogen leren kennen als een lieve vriend.
Als Jezus in ons leeft, kunnen wij net als Jezus zijn.
Laat ons zingend bidden.

Luister naar wat wij nu aan u vragen, God.
Luister naar ons en wees ons nabij.


Voor alle pelgrims die in Rome verzameld zijn
voor de heiligverklaring van de pausen Johannes XXIII
en Johannes-Paulus II. Dat deze samenkomst hen sterkt in hun gelovig leven.

Luister naar wat wij nu aan u vragen, God.
Luister naar ons en wees ons nabij.

Voor alle pasgedoopten en voor de jongeren
die in deze periode het sacrament van het vormsel ontvangen.
Dat de heilige Geest hen vormt tot volwassen christenen.
Laten wij zingend bidden

Luister naar wat wij nu aan u vragen, God.
Luister naar ons en wees ons nabij.


Bezinning na de communie


’t is Pasen
niet omdat de vogels weer zingen
of omdat de bloemen weer bloeien,
niet omdat de dagen weer lengen.

’t is Pasen
omdat God in Jezus
zijn belofte heeft gehouden,
omdat God de dood
niet meer laat heersen over het leven,
omdat god het leven
boven alles plaats.

’t is Pasen
ook dit jaar
voor ieder van ons,
omdat God deze belofte
opnieuw waarmaakt.

een zalig en levendige Pasen!

Stilte

maandag 7 april 2014

Goede Vrijdag bezinning

Vooraf zachte muziek Pie Jesu CD LOYD WEBBER

Bezinning met de zeven laatste woorden


Priester

Wij willen nu stil staan bij de zeven laatste woorden van Jezus.
Ze laten ons de weg zien vanuit Gods standpunt,
bij het volgen van Jezus’ weg, vanuit ons gezichtspunt.
Heel bijzonder is dat Jezus’ gezichtspunt
ook vanuit menselijk perspectief is:
Hij is op onze plaats gaan staan.
Steeds is Hij met mensen begaan.
Hij leefde een leven met de mensen,
in blijdschap en verdriet,
maar in helende overgave tot de dood toe.

Woorden…
Tussen afgrond en onbekende overkant.
Ze schudden het leven tot in de fundamenten.
Rotsgrond wordt on-grond.
Een ondoorgrondelijke hoop blijft overeind.
Verrijzenis komt in zicht!


Lector 1

“MIJN GOD, MIJN GOD,
WAAROM HEBT U MIJ IN DE STEEK GELATEN ?“
(1° kaars aansteken)

Lector 2

Zich verlaten voelen door de meest geliefde.
Zich verlaten voelen door de meest nabije.
Zich verlaten voelen door wie de sterkste steun moest zijn.
Zonder antwoord, zonder uitleg, zonder troostend woord.
Allen: Jezus heeft één huis waar hij zich thuis weet, ook al hoort hij doorheen al zijn emoties zijn Vader niet,en ziet hij Hem niet klaar staan met open handen. Maar hij roept Hem, troosteloos, en klampt zich aan hem vast.

Lector 1

Waar ben je God? Waarom ben je daar niet als ik je roep?
Als ik je smeek en vraag om mij te helpen.
Waarom toon je niet duidelijk je gezicht?
Mijn onrust en angst nemen toe
en ik voel je sterke hand niet op mijn zeer kwetsbare schouders.

Zit ik misschien zelf in het duister en doe ik mijn ogen dicht zodat het Goddelijk licht niet kan schijnen, diep in mijn hart?

Heb je me echt verlaten God, omdat ik maar een mens ben
met fouten en gebreken, met twijfels en soms met verbittering?

O God, ook wij hebben je soms nodig
en vragen en roepen en smeken om je hulp.
We denken dan dat je ons verlaten hebt, dat je ons niet hoort,
omdat je geen teken geeft van nabijheid.

Lector 2

Of verstaan wij het teken niet?
Verstaan wij niet dat mensen ons nabij zijn in jouw naam,
om ons in moeilijke momenten te steunen, ons te helpen,
ons moed in te spreken.


Hun handen, voeten, ogen, hun tederheid zijn dan die van U.
U helpt ons, door met ons mee te stappen, ons te dragen, ons te ondersteunen.
Maar we willen soms een mirakel.

Laat ons zien God, dat je er altijd bent voor ons.
O God, waarom heb je mij verlaten?

Lied: 353 MET DE BOOM DES LEVENS

Met de boom des levens wegend op zijn rug,
droeg de Here Jezus Gode goede vrucht.

Kyrieleison, wees met ons begaan,
doe ons weer verrijzen uit de dood vandaan.

Lector 1

“VADER, VERGEEF HET HUN,
WANT ZIJ WETEN NIET WAT ZE DOEN !“
(2° kaars aansteken)

Lector 2

Jezus bidt, maar niet voor zichzelf.
Hij bidt voor zijn medemens in nood,
in verwarring, in wanhoop.
Ondanks zijn eigen pijn opent hij zijn hart voor de andere.
Mensen zitten vast aan zichzelf.
Ze kunnen niet eens beseffen hoeveel pijn ze anderen aandoen.
Het is hun vergeven…

Een gebed recht uit het hart.
Een gebed gericht tot de Vader,
niet om het kwaad te vergelden
maar om vergeving van hen.
“ Ze weten niet wat ze doen”
Een voorbeeld voor ieder mens die wil getuigen van Hem.

Hier toont hij zijn Grote Liefde…
en die liefde vraagt Hij ook aan ons.
“ Dit is mijn gebod dat jullie elkaar liefhebben, zoals ik u heb lief gehad.

Allen:
Jezus vraagt vergeving.
Hij vraagt dat God zijn hart zou openen voor hen,
want hij weet dat God liefheeft.

Lector 1

Maar hoe vaak laten ook wij dit afweten?
Hoe vaak slaan wij als nog een spijker in het kruis?
Hoe vaak zijn we ons niet bewust van wat we een ander aandoen…
weten ook wij niet wat we doen?

In het gebed dat Jezus ons geleerd heeft “ Het onze Vader”
bidden we elke keer opnieuw ‘…
en vergeef ons onze schuld zoals ook wij aan anderen vergeven…’

Vergeven maak het hart ruim.
Het maakt plaats voor anderen.

Lied 924: Ik sta voor U in leegte en gemis,

Ik sta voor U in leegte en gemis,
vreemd is uw naam, onvindbaar zijn uw wegen.
Gij zijt mijn God, sinds mensenheugenis,
dood is mijn lot, hebt Gij een and’re zegen?
Zijt Gij de God bij wie mijn toekomst ligt?
Heer, ik geloof, waarom staat Gij mij tegen?

Lector 1

“IK BELOOF JE, VANDAAG
NOG ZUL JE BIJ MIJ ZIJN IN HET PARADIJS !“
(3° kaars aansteken)

Lector 2

Met het sterke geloof van Jezus in een leven na de dood,
omarmt Hij nu ook de zondaar die zijn fouten beseft.
Hij geeft hem niet alleen vergeving
maar geeft hem hoop in wat komen gaat.
God blijft immers God,
ook na de dood, na de misstap.

Allen:
Altijd blijft er een nieuwe horizon.
Liefde wordt warmte
van blijvende verbondenheid over de dood heen.

Lector 1

Aan de ene kant vraagt Jezus vergiffenis voor zijn beulen
en aan de andere kant vergeeft Hij de goede moordenaar.

Vergeving vragen en vergeving schenken.
Mag ik hieruit afleiden dat je pas vergeving kunt schenken
als je om vergeving voor jezelf of voor anderen durft vragen?

Lector 2

De biecht is de kans bij uitstek
om zijn spijt uit te drukken over wat fout ging in het leven
en daarvoor vergeving te krijgen,
zelfs in het uur van de dood.
Ze verschaft de toegang tot het paradijs.
Is het niet dankzij de vergeving
dat God ons in de hemel opwacht?

Lied372 JEZUS, OM UW LIJDEN GROOT

Jezus, om uw lijden groot, om uw leven en uw dood,
die volbrengen 't recht van God, Kyrie eleison.

Om het zwijgen, het geduld, waarmee Gij de wet vervult,
als men vrucht'loos zoekt naar schuld, Kyrie eleison.


Lector 1

"VADER, IN UW HANDEN BEVEEL IK MIJN GEEST !“
(4° kaars aansteken)

Lector 2

De eigen waarom-vragen stilleggen.
De innerlijke rust temmen.
De eigen projecten loslaten.
Blijven hopen voorbij de afgrond.
Vertrouwvol het leven in Gods handen leggen.
Dat doet Jezus.

Allen:
God is niet ver, maar nabij.
Trouw tot in de laatste overgave
en de verbondenheid blijft.

Lector 1

Het allerlaatste wat Jezus deed,
is zijn Geest teruggeven in de handen van God.
Hij zie: Vader, in uw handen leg ik mijn Geest.
Zijn vader wil die Geest geven
aan de nieuwe familie die Jezus gesticht heeft.
Wij zijn lid van die familie.
Die nieuwe familie wil leven
vanuit die Geest van Jezus.
En hier zijn we nu,
bewust dat wij nu aan de beurt zijn.
Elke dag opnieuw, sinds wij christen zijn, kunnen wij
leven in die Geest, naar de Geest en van die Geest.

Geloven jullie in de kracht van de Geest van Jezus in uw leven?

Allen:

Ja, ik geloof dat die Geest in mijn leven werkt,
en in het leven van medechristenen.
Zijn kracht is werkend in ons midden,
en brengt ons bij elkaar.
Vandaag, morgen en altijd.

Lied: 371 O HOOFD VOL BLOED EN WONDEN

O hoofd vol bloed en wonden, bedekt met smaad en hoon,
o hoofd zo wreed geschonden, uw kroon een doornenkroon,
o hoofd eens schoon en heerlijk en stralend als de dag,
hoe lijdt Gij nu zo deerlijk! Ik groet U vol ontzag.


Lector 1

“IK HEB DORST“
(5° kaars aansteken)

Lector 2

Geledigd worden.
Gebroken worden.
Uit-doven.
Uitputting wacht Hem op het kruis.

Afgrond van angst en ellende die ondraaglijk veel pijn doet.
Er is geen ontsnappen aan voor wie bewust sterft.

Toen wist Jezus dat alles was volbracht
en om de Schrift geheel in vervulling te laten gaan,
zei hij: ‘Ik heb dorst.’ (Johannes 19, 28)

“Ik heb dorst”, heeft verschillende betekenissen.
Dorst: het klinkt net zoals het voelt. Dor, droog, gebarsten.
Herinner je je het gevoel van dorst?

Maar het is ook een uiting van een sterk verlangen:
bvb. dorst naar kennis, erkenning, vriendschap, liefde…….

Het is dan ook logisch dat het verlangen naar water
en het lessen van de dorst
door Jezus verschillende malen wordt opgenomen
en als beeld wordt gebruikt
om dat verlangen naar het spirituele te duiden.


Lector 1

Wat is de betekenis van het vijfde kruiswoord?

Allereerst geeft Jezus ermee aan dat Hij dorst heeft.
Letterlijk zegt Hij: “Ik heb dorst”.
Dat Hij dat heeft, is te begrijpen.
Wat heeft Hij inmiddels niet meegemaakt!

Maar God heeft nog een andere vorm van dorst op het kruis:
dorst naar ons.

Hij kent al onze zonden, onze zwakheden, onze eenzaamheid en pijn.
Hij weet hoe wij ernaar snakken bemind en gekoesterd te worden.
Maar denken wij ook aan hem?

Allen:
Jezus kent een langzame dood, geslagen en verwond,
Doornen takken en spijkers dringen door zijn lichaam.

Lied: 329 WIJ ZOEKEN

Wij zoeken hier uw aangezicht,
God houdt uw oog op ons gericht:
Kyrie eleison

Om alles wat U tegenspreekt,
een wereld waar uw Naam ontbreekt:
Kyrie eleison

Uw Zoon heeft ons de weg gebaand.
Wij zullen vol vertrouwen gaan:
Kyrie eleison


Lector 1

“VROUW, DAAR IS NU JE ZOON… ZOON, DAAR IS JE MOEDER”
(6° kaars aansteken)

Lector 2

Oog in oog met de dood.
Loslaten van banden,
nieuw herschikken van oude verbanden,
het is vooruitziende zorg.
Allen: Na het leven blijft er geen bezit meer.
Jezus beseft dit ten volle. Het is overgave.

“Dat is je zoon… dat is je moeder”

Toen Jezus zijn moeder zag staan,
en bij haar de leerling van wie hij veel hield, zei hij tegen zijn moeder:
‘Dat is uw zoon,’ en daarna tegen de leerling: “Dat is je moeder”.
Vanaf dat moment nam die leerling haar bij zich in huis.

Jezus geeft z'n moeder aan Johannes, z'n geliefde leerling.
Ook wij krijgen Maria als onze geestelijke Moeder.
Als moeder vraagt Zij ons om te zorgen voor elkaar;
verbonden te zijn met al wie zwak is en verdriet heeft.
Zo leven wij als de verlengde handen van Jezus.
Als mensen elkaar nabij zijn,
wordt verdriet, pijn en lijden draaglijker.

LIED 371 O HOOFD VOL BLOED EN WONDEN

Ik dank U, o mijn vrede, mijn God die met mij gaat,
voor wat Gij hebt geleden aan bitterheid en smaad.
Geef dat ik trouw mag wezen, want Gij zijt trouw en goed.
Ik volg U zonder vrezen wanneer ik sterven moet.


Lector 1
“HET IS VOLBRACHT “
(7° kaars aansteken)

Lector 2

Inzet, zoveel verder reikend dan eigen belang en eigen zorg.
Verantwoordelijkheid nooit ontvlucht.
Aan de gelofte trouw gebleven tot het einde.

Allen:
Tot het uiterste is Jezus gegaan in liefde voor naaste en God.
Alles is volbracht.

Lector 2

“Het is volbracht”

Het is voorbij, gedaan, afgelopen.
Voorbij het gespot, het gehoon, het vallen en opstaan,
al het leed U door ons, mensen aangedaan.
Maar Gij hebt alles waardig doorstaan.
Gij hebt de kelk aanvaard en tot op de bodem geledigd.
In liefde hebt Gij Uw bloed vergoten,
Uw leven gegeven om ons het eeuwige leven te schenken.
Zo hebt Gij ons een plaats bereid waar wij ooit vrede en geluk zullen vinden bij U en de Vader. Gij hebt het ons ten ‘VOL-le ge-BRACHT’.


Lied 363 DIT IS HET KRUIS

Dit is het Kruis waaraan de Redder van de wereld heeft gehangen. (3x)


ZENDING EN ZEGEN

Heer, wij bidden U :
Laat uw zegen neerdalen over uw volk
dat in de hoop op zijn verrijzenis
de dood van uw Zoon heeft herdacht.
Schenk het vergeving en bied het vertroosting.
Laat het geloof groeien en de verlossing voor altijd bevestigd worden.
Door Christus onze Heer. Amen.

U kan in stilte blijven zitten en bidden.
Ten gepaste tijde kunt u IN ALLE STILTE de kerk verlaten.

Muziek Morricone Gabriels Obo

Palmzondag

Verwelkoming




Samen met Jezus, de Christus,
zetten we de laatste stappen richting Pasen.
Een weg die loopt van het ene uiterste naar het andere,
van huldebetoon tot kruis.
Vertrouwen wij ons-gaan-op-die-weg toe
aan + de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.


Welkom op deze Palmzondag!
Vandaag gedenken we dat Jezus van Nazareth ooit op een ezel
Jeruzalem is binnengereden.
Een uitzinnige menigte juicht Hem toe:
Hij zal hen bevrijden,
Hosanna in den hoge!
Maar Jezus voelt zich geen krijgsheer
Hij herkent zich eerder in de lijdende dienstknecht.
Nog geen week later wordt Hij verraden, overgeleverd, vermoord.

Palmzondag is niet een dag van toen en daar
maar een moment om stil te staan bij het hier en nu.

Luisteren we nu naar het verhaal van Jezus’ intocht in Jeruzalem
(Lc. 19, 28-40)



Jezus zette zijn reis voort naar Jeruzalem.
Toen Hij bij de Olijfberg kwam,
stuurde Hij twee van zijn leerlingen eropuit met de opdracht:
"Ga naar het dorp daar vlak voor je.
Als je er binnenkomt zul je een veulen vinden.
Maak het los en breng het mee.
En als iemand jullie vraagt:
'Waarom maken jullie dat veulen los?'
zeg dan:
'De Heer heeft het nodig.'"
Met deze opdracht gingen ze weg.
Toen ze het veulen wilden losmaken, riepen de eigenaars:
"Waarom maken jullie het veulen los?"
Zij antwoordden: "De Heer heeft het nodig."
En ze brachten het naar Jezus,
legden hun kleren op het veulen,
en hielpen Jezus erop.
En waar Hij reed spreidden ze hun kleren op de weg.
Hij kwam steeds dichter bij de stad.
Waar de weg de Olijfberg afgaat
begonnen al zijn leerlingen vrolijk en uit volle borst God te prijzen
om alle machtige daden die ze hadden gezien.
Ze riepen:
"Gezegend is de koning, die komt in de naam van de Heer!"


Palmwijding


Ook wij willen Jezus vandaag als onze koning hulde brengen.
De palmtak wil een hulde-teken zijn zoals toen in Jeruzalem.
Straks nemen wij hen mee naar huis
en leggen of steken deze tak bij het kruis.

Laten wij nu rechtstaan bij dit wijdingsgebed.

Priester

God, wij staan aan het begin van de Goede week.
Deze palmtakken herinneren ons aan wat met Jezus is gebeurd.
Mogen deze palmtakken ons oproepen
Jezus’ levensweg te gaan,
een weg van vrede en verzoening,
een weg van eenvoud en dienstbaarheid,
een weg van liefde en gerechtigheid.
Wij willen Jezus volgen, vandaag en alle dagen.

IK ZEGEN DEZE GROENE TAKKEN MET HET TEKEN VAN HET KRUIS
+ In de naam van de Vader, die ons roept,
in de naam van de Zoon, die ons de weg wijst,
in de naam van de H. Geest, die ons steeds weer bezielt. Amen.

Processie



Glorie lof en eer aan U: Christus, Koning, Verlosser.
U weerklinke ons blij gezang:
Hosanna de Zoon van God.

Gij, onze Koning, Zoon van God, komt in de naam des Heren.

Hemel en aarde loven U, mensen en eng’len koren.

Wuivend met palmen als weleer, loven wij U met zangen.

Daags voor uw lijden, dat ons redt, eren wij U als Koning.

Moge de vroomheid van uw volk U, goede God, behagen.

Openingsgebed


God, Vader van alle mensen,
Vandaag herdenken we
hoe Jezus door zijn tijdgenoten
met palmtakken werd toegejuicht, als een koning.
Maak ons hart waakzaam en moedig
dat we niet vergeten dat zijn koningschap
niet gebouwd was op macht
maar op dienstbaarheid tot het einde toe,
zelfs als mensen Hem wilden doden.
Dit vragen we voor vandaag en alle dagen,
tot het einde van de tijd. Amen


HET LIJDENSVERHAAL VAN JEZUS volgens Matteüs (A-jaar)


Mensenstemmen hebben Jezus toegezongen:
‘Hosanna voor de Heer’.
Maar ook mensenstemmen hebben Hem toegeschreeuwd:
‘Aan het kruis met Hem’.
Luisteren we ingetogen naar het verhaal over Jezus’ lijden en dood.

Verteller

Jezus ging met zijn leerlingen naar een plek die Getsemane genoemd werd. Hij zei:

Jezus:
‘Blijven jullie hier zitten, ik ga daar bidden.’

Verteller:
Hij nam Petrus en de twee zonen van Zebedeüs met zich mee.
Toen Hij zich bedroefd en angstig voelde worden, zei Hij tegen hen:

Jezus:
‘Ik voel me dodelijk bedroefd; blijf hier met mij waken.’

Verteller:
Hij liep nog een stukje verder, knielde toen en bad diep voorovergebogen:

Jezus:
‘Vader, als het mogelijk is, laat deze beker dan aan mij voorbijgaan!
Maar laat het niet gebeuren zoals ik het wil, maar zoals u het wilt.’

Verteller:
Hij liep terug naar de leerlingen en zag dat ze lagen te slapen.
Hij zei tegen Petrus:

Jezus:
‘Konden jullie niet eens één uur met mij waken? Blijf wakker en bid dat jullie niet in beproeving komen; de geest is wel gewillig, maar het lichaam is zwak.’

Verteller:
Voor de tweede maal liep Hij van hen weg en bad:

Jezus:
‘Vader, als het niet mogelijk is dat deze beker aan mij voorbijgaat
zonder dat Ik eruit drink, laat het dan gebeuren zoals U het wilt.’

Verteller:
Toen hij terugkwam, zag Hij dat ze weer sliepen, want ze waren door vermoeidheid overmand. Hij liet hen achter, liep opnieuw wat verder en bad voor de derde maal, met dezelfde woorden als daarvoor. Daarna voegde Hij zich weer bij de leerlingen en zei:

Jezus:
‘Liggen jullie daar nog steeds te slapen en te rusten? En dat terwijl het ogenblik nabij is waarop de Mensenzoon wordt uitgeleverd aan zondaars. Sta op,
laten we gaan; kijk, hij die mij uitlevert, is al vlakbij.’

Verteller:
Nog voor hij uitgesproken was, kwam Judas eraan, een van de twaalf, in gezelschap van een grote, met zwaarden en knuppels bewapende bende, die door de hogepriesters en de oudsten van het volk was gestuurd. Met hen had zijn verrader een teken afgesproken.

Allen:
‘Degene die ik kus,’
‘die is het, die moet je gevangen nemen.’

Verteller:
Hij liep recht op Jezus af, zei:

Allen:
‘Gegroet, Rabbi!’

Verteller:
en kuste Hem. Jezus zei tegen hem:

Jezus:
‘Vriend, ben je daarvoor gekomen?’


Verteller:
Daarop kwam de bende naderbij, ze grepen Jezus vast en namen hem gevangen. Nu greep een van Jezus’ metgezellen naar zijn zwaard. Hij trok het, haalde uit en sloeg de dienaar van de hogepriester een oor af. Daarop zei Jezus tegen hem:

Jezus:
‘Steek je zwaard terug op zijn plaats. Want wie naar het zwaard grijpt, zal door het zwaard omkomen. Weet je niet dat ik mijn Vader maar te hulp hoef te roepen en dat hij mij dan onmiddellijk meer dan twaalf legioenen engelen ter beschikking zou stellen? Maar hoe zouden dan de Schriften in vervulling gaan, waar staat dat het zo moet gebeuren?’

Verteller:
Toen zei Jezus tegen de omstanders:

Jezus:
‘Met zwaarden en knuppels bent u uitgetrokken om Mij te arresteren, alsof Ik een misdadiger ben! Dagelijks was Ik in de tempel om onderricht te geven,
en toen hebt u Me niet gevangengenomen. Maar dit alles gebeurt opdat de geschriften van de profeten in vervulling gaan.’

Verteller:
Daarop lieten alle leerlingen hem in de steek en vluchtten weg.


Lied ZJ 372 strofe 1

Jezus om uw lijden groot, om uw leven en uw dood
die volbrengen ’t recht van God, Kyrie eleison.

(vormeling steekt een eerste kaars aan)


Verteller:
Zij die Jezus gevangengenomen hadden, leidden Hem voor aan Kajafas,
de hogepriester bij wie de schriftgeleerden en de oudsten bijeengekomen waren. Petrus volgde Hem op een afstand tot op de binnenplaats van het paleis van de hogepriester; daar ging hij tussen de knechten zitten om te zien hoe het zou aflopen. De hogepriesters en het hele Sanhedrin probeerden een valse getuigenverklaring tegen Jezus te laten afleggen op grond waarvan ze Hem ter dood zouden kunnen veroordelen, maar ze vonden er geen, hoewel zich vele valse getuigen meldden. Ten slotte meldden er zich twee die zeiden:

Allen:
‘Die man heeft gezegd: “Ik kan de tempel van God afbreken en in drie dagen weer opbouwen.”’

Verteller:
De hogepriester stond op en vroeg Jezus:

Allen:
‘Waarom antwoordt U niet? U hoort toch wat deze getuigen zeggen?’

Verteller:
Maar Jezus bleef zwijgen. De hogepriester zei:

Allen:
‘Ik bezweer U bij de levende God, zeg ons of U de messias bent,
de Zoon van God.’

Verteller:
Jezus antwoordde:

Jezus:
‘U zegt het. Maar ik zeg tegen u allen hier: vanaf nu zult u de Mensenzoon zien zitten aan de rechterhand van de Machtige en Hem zien komen op de wolken van de hemel.’

Verteller:
Hierop scheurde de hogepriester zijn kleren en hij riep uit:

Allen:
‘Hij heeft God gelasterd! Waarvoor hebben we nog getuigen nodig?
Nu hebt u met eigen oren gehoord hoe Hij God lastert. Wat denkt u?’

Verteller:
Ze antwoordden:

Allen:
‘Hij is schuldig en verdient de doodstraf!’

Verteller:
Daarop spuwden ze hem in het gezicht en sloegen hem.
Anderen sloegen Hem met een stok en zeiden:

Allen:
‘Profeteer dan maar eens voor ons, Messias, wie is het die Je geslagen heeft?’

Lied:ZJ 372 strofe 6

Om het zwijgen het geduld, waarmee Gij de wet vervult,
als men vrucht’loos zoekt naar schuld, Kyrie eleison.
(vormeling steekt een tweede kaars aan)

Verteller:
Petrus zat buiten, op de binnenplaats.
Er kwam een dienstmeisje naar hem toe, dat zei:

Allen:
‘Jij hoorde ook bij die Jezus uit Galilea!’

Verteller:
Maar hij ontkende dat met klem, zodat allen het konden horen:

Allen:
‘Ik weet niet waar je het over hebt.’

Verteller:
Toen hij wilde weggaan naar het poortgebouw, zag een ander meisje hem.
Ze zei tegen de omstanders:

Allen:
‘Die man hoorde bij Jezus van Nazaret!’

Verteller:
En opnieuw ontkende hij en zwoer:

Allen:
‘Echt, ik ken de man niet!’

Verteller:
Even later kwamen de omstanders naar Petrus toe, ze zeiden:

Allen:
‘Jij bent wel degelijk een van hen, trouwens, je accent verraadt je.’

Verteller:
Daarop begon hij te vloeken en hij bezwoer hun:

Allen:
‘Ik ken die man niet!’

Verteller:
En meteen kraaide er een haan. Toen herinnerde Petrus zich wat Jezus gezegd had:

Jezus:
‘Voordat er een haan gekraaid heeft, zul je mij driemaal verloochenen.’

Verteller:
Hij ging naar buiten en huilde bitter. .

Lied ZJ 372 strofe 5

Here, om uw bloedig zweet, als G’alleen de wijnpers treedt,
om de kelk vol bitter leed, kyrie eleison.
(een vormeling steekt een derde kaars aan)


Verteller:
De volgende ochtend vroeg namen alle hogepriesters met de oudsten van het volk het besluit Jezus ter dood te brengen. Nadat ze hem geboeid hadden, leidden ze hem weg en leverden Hem over aan Pilatus, de prefect.
Toen Jezus voor de prefect stond, stelde deze Hem de vraag:

Allen:
‘Bent U de koning van de Joden?’

Verteller:
Jezus zei:

Jezus:
‘U zegt het.’

Verteller:
Maar op de beschuldigingen die de hogepriesters en oudsten tegen Hem inbrachten, antwoordde Hij niet één keer. Daarop zei Pilatus tegen Hem:

Allen:
‘Hoort U niet wat deze getuigen allemaal tegen U inbrengen?’

Verteller:
Hij gaf op geen enkele beschuldiging enig weerwoord, wat de prefect zeer verwonderde.
Nu had de prefect de gewoonte om op elk pesachfeest één gevangene vrij te laten, en die door het volk te laten kiezen. Er zat toen een beruchte gevangene vast, die Barabbas genoemd werd. En dus vroeg Pilatus hun, toen ze daar waren samengestroomd:

Allen:
‘Wie wilt u dat ik vrijlaat, Barabbas of Jezus die de Messias wordt genoemd?’

Verteller:
Hij wist namelijk dat ze Hem uit afgunst hadden uitgeleverd. Terwijl hij op de rechterstoel zat, werd hem een boodschap van zijn vrouw gebracht:

Allen:
‘Laat je niet in met die rechtvaardige! Om Hem heb ik namelijk vannacht in een droom veel moeten doorstaan.’

Lied ZJ 372 strofe 7

Om het woord van godd’lijk recht dat Gij tot uw rechters zegt,
zelf hebt G’uw geding beslecht, Kyrie eleison.
(een vormeling steekt een vierder kaars aan)

Verteller:
Ondertussen haalden de hogepriesters en de oudsten het volk over: ze moesten om Barabbas vragen, en Jezus laten doden. Weer nam de prefect het woord en hij vroeg opnieuw:

Allen:
‘Wie van de twee wilt u dat ik vrijlaat?’

Verteller:
ze.riepen

Allen:
‘Barabbas!’

Verteller:
Pilatus vroeg hun:

Allen:
‘Wat moet ik dan doen met Jezus die de Messias wordt genoemd?’

Verteller:
Allen antwoordden:

Allen:
‘Aan het kruis met Hem!’

Verteller:
Hij vroeg:

Allen:
‘Wat heeft Hij dan misdaan?’

Verteller:
Maar ze schreeuwden alleen maar harder:

Allen:
‘Aan het kruis met Hem!’

Verteller:
Toen Pilatus inzag dat zijn tussenkomst nergens toe leidde, dat het er integendeel naar uit zag dat men in opstand zou komen, liet hij water brengen, waste ten overstaan van de menigte zijn handen en zei:

Allen:
‘Ik ben onschuldig aan de dood van deze man. Zie het zelf maar op te lossen.’

Verteller:
En heel het volk antwoordde:

Allen:
‘Laat zijn bloed óns dan maar worden aangerekend, en onze kinderen!’

Verteller:
Daarop liet Pilatus Barabbas vrij, maar Jezus leverde hij uit om gekruisigd te worden, nadat hij Hem eerst nog had laten geselen. De soldaten van de prefect namen Jezus mee naar het pretorium en verzamelden de hele cohort om Hem heen. Ze kleedden Hem uit en deden hem een scharlakenrode mantel om,
ze vlochten een kroon van doorntakken en zetten die op zijn hoofd. Ze gaven Hem een rietstok in zijn rechterhand en vielen voor Hem op de knieën. Spottend zeiden ze:

Allen:
‘Gegroet, koning van de Joden,’

Verteller:
en ze spuwden op Hem, pakten Hem de rietstok weer af en sloegen hem tegen het hoofd. Nadat ze Hem zo hadden bespot, trokken ze Hem de mantel uit, deden hem zijn kleren weer aan en leidden hem weg om hem te kruisigen.

Lied ZJ 372 strofe 8

Om de doornen van uw kroon, om de geesling en de hoon,
roepen wij, o Mensenzoon, Kyrie eleison.
(een vormeling brengt een vijfde kaars aan)

Verteller:
Bij het verlaten van het pretorium troffen ze een man uit Cyrene die Simon heette, en hem dwongen ze het kruis te dragen. Zo kwamen ze bij de plek die Golgota genoemd werd, wat ‘schedelplaats’ betekent. Ze gaven Jezus met gal vermengde wijn, maar toen Hij die geproefd had, weigerde Hij ervan te drinken. Nadat ze Hem gekruisigd hadden, verdeelden ze zijn kleren onder elkaar door erom te dobbelen, en ze bleven daar zitten om Hem te bewaken. Boven zijn hoofd bevestigden ze de aanklacht, die luidde: ‘Dit is Jezus, de koning van de Joden’. Daarna werden er naast hem twee misdadigers gekruisigd, de één rechts van Hem, de ander links. De voorbijgangers keken hoofdschuddend toe en dreven de spot met Hem:

Allen:
‘Jij was toch de man die de tempel kon afbreken en in drie dagen weer opbouwen? Als je de Zoon van God bent, red jezelf dan maar en kom van dat kruis af!’

Verteller:
Ook de hogepriesters, de schriftgeleerden en de oudsten maakten zulke spottende opmerkingen:

Allen:
‘Anderen heeft Hij gered, maar zichzelf redden kan Hij niet. Hij is toch koning van Israël, laat Hij dan nu van het kruis afkomen, dan zullen we in Hem geloven.

Allen:
Hij heeft zijn vertrouwen in God gesteld, laat die Hem nu dan redden, als Hij Hem tenminste goedgezind is. Hij heeft immers gezegd:

Jezus:
“Ik ben de Zoon van God.”’

Verteller:
Precies zo beschimpten Hem de misdadigers die samen met Hem gekruisigd waren.

Lied: ZJ 372 strofe 9

Om uw kruis, Heer, bidden wij, om de speerstoot in uw zij,
ga aan onze schuld voorbij, Kyrie eleison.
(een vormeling steekt zesde kaars aan)

Verteller:
Rond het middaguur viel er duisternis over het hele land, die drie uur aanhield. Aan het einde daarvan, in het negende uur, gaf Jezus een schreeuw en riep luid:

Jezus:
‘Eli, Eli, lema sabachtani?’
‘Mijn God, mijn God, waarom hebt U Mij verlaten?’

Verteller:
Toen de omstanders dat hoorden, zeiden enkelen van hen:

Allen:
‘Hij roept om Elia!’

Verteller:
Meteen kwam er uit hun midden iemand toegesneld die een spons pakte en in zure wijn doopte. Hij stak de spons op een stok en probeerde Hem te laten drinken. De anderen zeiden:

Allen:
‘Niet doen, laten we eens kijken of Elia hem komt redden.’

Verteller:
Nog eens schreeuwde Jezus het uit, toen gaf Hij de geest.

ALLEN STAAN RECHT EN STILTE

DAARNA LIED ZJ 372 strofe 10

Heer, om uw vijf wonden rood, om uw onverdiende dood,
smeken wij in onze nood, Kyrie eleison.
(vormeling steekt zevende kaars aan)


Verteller:
Op dat moment scheurde in de tempel het voorhangsel van boven tot onder in tweeën, en de aarde beefde en de rotsen spleten. De graven werden geopend en de lichamen van veel gestorven heiligen werden tot leven gewekt; na Jezus’ opstanding kwamen ze uit de graven, gingen de heilige stad binnen en maakten zich bekend aan een groot aantal mensen. Toen de honderdman en degenen die met hem Jezus bewaakten de aardbeving voelden en merkten wat er gebeurde, werden ze door een hevige angst overvallen en zeiden:

Allen:
‘Hij was werkelijk Gods Zoon.’

Geloofsbelijdenis


Ik geloof in God de Vader,
Ik geloof in Jezus, Zijn zoon
Ik geloof in de kracht van de heilige Geest,
Ik geloof dat wij als kerkgemeenschap samen op weg zijn
om te leven naar het voorbeeld van Jezus.

Voorbeden



Tot het einde toe bleef Jezus trouw aan Zijn Vader.
Laten wij tot Hem bidden om geloof, moed en kracht.


Voor allen die hun geloof in God,
in anderen en in zichzelf verliezen.
Dat zij een spoor van vertrouwen mogen ontdekken.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden,
laat ons bidden in de stilte van ons hart,
Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.


Voor allen die de moed verliezen
om van hun leven een zinvolle opdracht te maken.
Dat zij opnieuw hoop mogen krijgen op een betere toekomst.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden,
laat ons bidden in de stilte van ons hart,
Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.

Voor allen die geen kracht meer hebben
om hun weg tot het einde te gaan.
Dat zij mensen mogen ontmoeten
die hun kruis helpen dragen.
Laat ons zingend bidden

Laat ons bidden,
laat ons bidden in de stilte van ons hart,
Dat de Vader ons daartoe bezielen mag.


God, net als Jezus willen wij ons leven in uw handen leggen.
Wil ons helpen om ons eigen kruis te dragen
en dat van zoveel andere mensen te helpen dragen,
dit vragen we u, in naam van Jezus,
uw zoon en onze Heer,
vandaag en elke dag opnieuw, tot in eeuwigheid. Amen


Offerande


We brengen groene takken aan.
Groene takken als teken van onze hoop,
en getuigen van ons vertrouwen.
De groene takjes die we op het kruis steken,
ze willen zeggen: de kruisboom is niet dood.
Steeds weer schiet hij uit in twijgen van bevrijding en nieuw leven.

Offerande


Gebed over de gaven


Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen,
tot lof en eer van zijn Naam,
tot welzijn van ons en van heel zijn Heilige Kerk.

Gebed over de gaven

God, onze Vader,
Bij het begin van de Goede Week
Willen we dit brood en deze wijn,
met elkaar delen,
maar ook met mensen in heel de wereld
bijzonder met de mensen uit Bolivië.
Moge ze ons kracht geven om de komende dagen
in dienstbaarheid met Jezus op weg te gaan
Hij die onze Heer en broeder is,
tot in eeuwigheid. Amen

Prefatie


De Heer zal bij u zijn. De Heer zal u bewaren.
Verheft uw hart We zijn met ons hart bij de Heer
Brengen we dank aan de Heer onze God
Hij is onze dankbaarheid waardig

God
Wij zeggen U dank
voor de vriendschap en de kracht die van mensen kan uitgaan
en om het wonder dat liefde heet.

Wij danken U, God, voor deze gemeenschap.
Dat er mensen zijn, hier ter plekke,
die elkaars hand vasthouden en elkaar bemoedigen.

Maar bovenal danken wij U voor Jezus, uw Zoon,
die al weldoende rondging
en zo uw zorg voor ons zichtbaar maakte.


Dit is een dag van vreugde
want vandaag zijn wij uw Zoon
met palmtakken en lofzangen tegemoet getrokken
Wij hebben Hem toegejuicht en Hem geprezen
om wat Hij voor ons betekent,
om wat Hij voor de velen heeft gedaan en nog doet

Terecht klinkt dan ook op deze dag deze lofzang:

Heilig


Glorie, Lof en eer aan u: Christus, koning verlosser.
U weerklinke ons blij gezang: Hosanna de Zoon van God.

Ja Vader, heilig en goed zijt Gij.
Wij danken U voor uw Zoon, Jezus Christus
die Gij ons gegeven hebt om alle mensen te helpen om gelukkig te zijn.

Hij heeft gezegd en wij geloven
dat Hij niet gekomen is om gediend te worden maar om te dienen.

Niet om te veroordelen is Hij gekomen, maar om uit te nodigen.
Hij is gekomen om één te zijn met de mensen ook in lijden en sterven.

In uw dienende liefde, Heer, hebt Gij U totaal gegeven.
Moge de wereld U ontmoeten
in dienstbaarheid tegen over de medemensen.

Op de avond voor zijn dood tijdens het laatste avondmaal

Acclamatie


Als wij eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij wederkomt.

Trouw aan dit woord, Vader,
trouw aan zijn zending,
trouw aan zijn bidden voor zijn leerlingen en voor de wereld,
willen wij U ook onze beden voorleggen -
Op deze dag van lof en eer
brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
de mensen die lijden en die verdriet hebben
Geef hen kracht en sterkte, God

Op deze dag van lof en eer
brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
de mensen die in U geloven -over de gehele aarde -
ook in onze moderne tijd.
Geef hen kracht en sterkte, God

Op deze dag van lof en eer
brengen wij uitdrukkelijk voor uw aangezicht
diegenen die hier ter plekke op welke wijze ook
meebouwen aan de gemeenschap van gelovigen -
in onze parochies. Vader, geef ons kracht en sterkte

Op deze dag van lof en eer brengen wij uitdrukkelijk
voor uw aangezicht de mensen van wie wij houden.
Ook hen van wie wij niet genoeg houden.
Herinner U allen die gestorven zijn
en ontvang hen met liefde in uw huis.

God, onze Vader, breng ons allen eenmaal thuis bij U,
en bij Christus, uw Zoon, samen met Maria, zijn Moeder, en met alle heiligen. Dan zullen wij met Jezus Christus voor altijd gelukkig zijn.

Door Hem en met Hem en in Hem zal uw Naam geprezen zijn,
Heer, onze God, almachtige Vader,
in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

Onze Vader

Vredeswens


Heer Jezus Christus, Gij wenst ons uw vrede toe,
Gij wilt dat iedere plaats een stad van vrede wordt.
Schenk ons de moed om ons met elkaar te verzoenen
en vrede te stichten. Amen.


Vredeslied


Ik wens je vrede van God,..........
ik wens je vrede, vrede, vrede van de Heer.
Hevenu Sjalom Aleichem,...........
Hevenu Sjalom, Sjalom, Sjalom Aleichem.


Communielied


Op weg naar het paasfeest tot over de dood,
geen geld en geen reistas, geen water en brood.
Hoe zullen wij komen waar wegen niet gaan,
hoe vinden wij richting uit onland vandaan?

Wij gaan naar de stad toe waar Hij wordt gedood
die mensen de liefde als wapen gebood.
Ze kunnen Hem doden, en toch zeggen wij:
in ons blijft Hij leven met al wat Hij zei.

De liefde als wapen wordt hier wereldwijd
en gaat overheersen in ruimte en tijd.
En zo komt de schepping die God ooit begon
door Jezus in gloed staan, en Hij is de zon.


Bezinning



Een klein beetje groen
Voor op het kruis
En zie het komt weer tot leven.

Een klein beetje hoop
Voor in jouw huis
En zie het komt weer tot leven.

Een klein beetje liefde
Voor in jouw gezin
En zie het komt weer tot leven.

Een klein beetje geloof
Voor deze wereld
En zie hij komt weer tot leven

@Antoon vandeputte

Stilte


Slotgebed


God, Vader van alle mensen,
Zegen allen hier aanwezig.
Laat het kruis en de groene palmtakken ons oproepen
Jezus’ levensweg te gaan:
een weg van vrede en verzoening,
een weg van eenvoud en dienstbaarheid,
een weg van liefde en gerechtigheid.
Wij bidden U dat wij met elkaar
de goede momenten zoveel mogelijk vasthouden
en elkaar in moeilijke tijden nooit laten vallen.
Dit vragen wij U in de hoop
dat het voor alle mensen Pasen wordt. Amen

Zending en zegen


Ga dan heen en neem een palmtakje mee,
als herinnering aan Jezus’ trouw tot op het kruis
als getuige in je huis van de hoop
dat er bij God leven is over de dood heen.
Laten we gaan met Gods zegen
om de weg van Jezus mee te gaan,
in de naam van de Vader, de Zoon en de H.Geest. Amen


dinsdag 1 april 2014

5de zondag van de veertigdagentijd met biechtgelegenheid.

Intredelied ZJ 530


Zo vriendelijk en veilig als het licht,
zoals een mantel om mij heen geslagen,
zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht,
ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen,
dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.

Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd
waakt over mij en over al mijn gangen.
Wie zou ik worden, waart Gij niet bereid
om, als ik val, mij telkens op te vangen.
Ik leef niet echt, als Gij niet met mij zijt.
Ik moet in lief en leed naar U verlangen.

Kruisteken


Van harte welkom allemaal op deze 5de zondag in de veertigdagentijd. Laten we deze viering beginnen onder Gods zegen
in de naam van de Vader, de Zoon en de H. Geest. Amen.

Welkom


Vasten is verzoenen

Het valt niet mee de schuld bij ons te leggen;
Het valt niet mee de eerste stap te zetten;
Het valt niet mee aan anderen eerst te denken;
Het valt niet mee om niet meer kwaad te blijven;
Het valt niet mee de zwakken te waarderen;
Maar durven we het toch aan verzoenend te gaan leven:

Daarom willen we in deze viering ons ook tot God keren en vragen om vergeving als voorbereiding op Pasen.


In de evangelie gaat het over de opwekking van Lazarus.
Daarom liggen ook enkele stenen in het decor en wat groen
als symbool van ons geloof in het leven na de dood.

Stenen kunnen negatief gebruikt worden maar ook positief want met die stenen kunnen we bouwen en meebouwen aan Gods droom.
We kunnen ook de stenen helpen wegnemen van mensen
die een steen hebben liggen op hun hart door verdriet, pijn of ziekte.

Openingsgebed


Heer,
ons leven zou veel mooier worden
wanneer wij door kwaad en zonde
geen stenen zouden leggen op ons hart.
Open daarom onze ogen om beter te zien
en open onze oren om beter te horen hoe ons leven moet worden.
Open ons hart om beter te voelen
en open ons verstand om beter te weten wat Gij van ons verlangt.
Daarom willen wij proberen om eerlijk naar onszelf te kijken
en om te aanvaarden dat het anders kan, als Gij ons helpt. Amen.

Eerste lezing


Priester

Ez. 37,12-14

In de eerste lezing horen we een bemoedigende boodschap
van de Profeet Ezechiël aan het joodse volk
dat in ballingschap leefde. -

De profeet Ezechiël
spreekt hen uit naam van God,
nieuwe moed toe
en belooft dat God ooit hun graven zal openen
en hen terug zal doen leven.
Hij zal hen terug op hun eigen grond laten wonen.


In die dagen viel de stad Jeruzalem
in handen van de koning van Babylon .
Zij werd verwoest en een groot deel van het volk
werd meegevoerd naar het verre Babylon .
Troosteloos en gebroken leefde het volk in ballingschap,
als levende lijken .
Toen sprak de Heer tot de profeet Ezechiël :
“ De Israëlieten beweren :
Onze beenderen zijn uitgedroogd,
al onze hoop is vervlogen .
Het is met ons gedaan .
Zeg hun daarom in mijn naam het volgende :
Mijn volk, Ik zal uw graven openen,
Ik haal u weg uit het graf van de ballingschap
en breng u terug naar Israël, uw eigen land .
Dan zult gij weten dat Ik de Heer ben .
Ik schenk u mijn levensadem en gij zult leven .
Ik geef u uw eigen land terug om er te wonen .
Dan zult gij zien en weten
dat Ik, de Heer, uw God,
doe wat Ik zeg .”

Woord van God. Wij danken God

Tussenzang 569


God die leven hebt gegeven in der aarde schoot,
alle vrucht der velden moeten w'U vergelden,
dank voor daag'lijks brood.

Maar wij rijken, ach, wij blijken hard en onverstoord.
Open onze oren, Heer, opdat wij horen
't roepen aan de poort.

Wil dan geven, dat ons leven zelf ook vruchtbaar zij.
Laat in goede daden 't werk van uw genade
opgaan, sterk en vrij.


Evangelie

(Joh. 11, 3-7. 17. 20-27. 33b-45)

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes

3 De zusters van Lazarus stuurden Jezus de boodschap:
`Heer, hier is iemand ziek, iemand van wie U houdt.'
4 Toen Jezus dit hoorde, zei Hij:
`Deze ziekte loopt niet uit op de dood,
maar op de verheerlijking van God,
want de Zoon van God moet erdoor verheerlijkt worden.'
5 Jezus hield veel van Martha, van haar zuster en van Lazarus.
6 Jezus hoorde dus van zijn ziekte;
toch bleef Hij nog twee dagen waar Hij was.
7 Daarna pas zei Hij tegen zijn leerlingen:
`Kom, we gaan weer naar Judea.'
17 Bij de aankomst van Jezus
bleek Lazarus al vier dagen in het graf te liggen.
20 Martha, die gehoord had dat Jezus op komst was,
was Hem tegemoet gegaan;
Maria was thuisgebleven.
21 Martha zei tegen Jezus:
`Heer, als U hier geweest was, zou mijn broer nooit gestorven zijn.
22 Maar ik weet zeker dat U ook nu nog alles aan God kunt vragen
en dat Hij het U zal geven.'
23 `Je broer zal opstaan', verzekerde Jezus haar.
24 `Dat weet ik,' zei Martha,
`hij zal opstaan bij de opstanding op de laatste dag.'
25 `Ik ben de opstanding en het leven', zei Jezus.
`Wie in Mij gelooft mag dan wel sterven, toch zal hij leven;
26 en iedereen die leeft en in Mij gelooft,
zal in eeuwigheid niet sterven.
Geloof je dat?'
27 `Ja Heer,' antwoordde Martha,
`ik geloof vast dat U de Messias bent, de Zoon van God,
degene die in de wereld komen zou.'
34 `Waar hebt u hem neergelegd?' vroeg Hij.
`Komt u maar kijken, Heer', zeiden ze.
35 Jezus begon te huilen,
36 zodat de Joden zeiden:
`Hij moet wel veel van hem gehouden hebben!'
37 Maar sommigen merkten op:
`Had Hij dan niet kunnen zorgen dat hij niet doodging?
Hij heeft toch ook de ogen van de blinde geopend?'
38 Er ging een huivering door Jezus heen toen Hij bij het graf kwam.
Het was een grot, die met een steen was afgesloten.
39 `Neem die steen weg', beval Hij.
Marta, de zuster van de gestorvene, zei:
`Maar Heer, de stank! Hij ligt er al vier dagen!'
40 Jezus antwoordde:
`Heb Ik je niet gezegd dat je de heerlijkheid van God zult zien
als je maar gelooft?'
41 Toen nam men de steen weg.
Jezus sloeg de ogen op en bad:
`Vader, Ik dank U dat U Mij aanhoord hebt.
42 Voor Mij stond het vast dat U Mij altijd aanhoort,
maar Ik spreek zo met het oog op al die mensen hier,
opdat ze mogen geloven dat U Mij gezonden hebt.'
43 Na dit gebed riep Hij met luide stem:
`Lazarus, kom naar buiten!'
44 En de dode kwam naar buiten,
zijn voeten en handen gebonden met zwachtels
en zijn gezicht in een doek gewikkeld.
`Maak hem los,' beval Jezus, `en laat hem gaan.'
45 Van de Joden die naar Maria toe waren gegaan
en gezien hadden wat Hij gedaan had,
gingen velen in Hem geloven.

Acclamatie


U komt de lof toe, U het gezang, U alle glorie.
O Vader, O Zoon, O Heilige Geest in alle eeuwen der eeuwen.


Inleiding op de biecht: gewetensonderzoek


Dit wonder van Lazarus kan ook aan ons gebeuren.
Die ongelooflijke dingen behoren niet alleen tot gisteren,
ze gebeuren ook vandaag.
Ze gebeuren niet alleen aan anderen,
ze kunnen ook aan ons gebeuren.
We willen proberen eerlijk naar onszelf te kijken.
Op zoek naar de stenen die onszelf verlammen.
Op zoek stenen die we naar anderen werpen
en bidden:’Heer, haal ze weg We hebben spijt!


Zo’n persoonlijke biecht kan een genademoment zijn
waarbij we, net Lazarus,
Gods goedheid en liefde concreet mogen ervaren


Want God wil ons met Pasen laten verrijzen tot nieuwe mensen.
In de biecht mogen we ervaren
hoe God ons al onze zonden vergeeft
en ons weer nieuw wil maken.
Want Hij laat ons nooit los.


Stenen leggen we op ons hart als we ons laten misleiden
door onze zucht naar nog meer nieuwe dingen, nieuwe spullen,
om meer en beter te zijn dan de anderen.


Stenen halen we neer als we de andere afbijten, toesnauwen.
Als we voor onze huisgenoten, vrienden, medewerkers,
vreemdelingen en anderen
weinig of geen respect betonen.



Stenen leggen we op elkaar als we kwaad spreken
over onze vrienden, onze thuis, de parochie;
als we mensen geen kansen geven,
wanneer ik altijd kritiek heb op de anderen.


Stenen gebruiken we in als we te ruw en te grof te zijn
in onze taal en daardoor anderen kwetsen.


Stenen vormen muren wanneer we de waarheid opzettelijk verzwijgen;
wanneer we liegen en bedriegen om er zelf beter uit te komen;


Stenen worden obstakels als we te gemakkelijk vriendschap,
liefde en tederheid, -het meest kostbare- misbruiken.


Stenen werpen we
als gemakshalve de zondagsmis verzuimen
en weinig of geen tijd vrijmaken voor het gebed.
Als we ons leven niet richten naar het Evangelie van Jezus


Stenen worden een hoop als we kwistig omgaan
met eten, drinken, genot
en geen aandacht besteden aan de mens in nood.
Als we vernietigend optreden en geen aandacht hebben
voor het wonder om ons heen.


Vormelingen

Als je voelt dat je vastroest
in ieder voor zichzelf
en verstrikt raakt
in een woestijn van hebben en houden,
durf dan de woestijn door:
Stap voor stap
de weg van mensen opnieuw gaan,
vragen stellen bij je doen en laten,

Vormelingen

Stil houden bij een vergeten bron
om je andere ik
en die andere mens
als tochtgenoot te treffen,
verder gaan, met mensen
en omwille van mensen,
weer mens worden aan elkaar.

Vormelingen

En zakt de moed in je schoenen,
haak dan toch niet af,
vrees niet,
want altijd
is de Heer met je.

Schuldbelijdenis


Bekennen wij voor God en voor elkaar
dat wij zondige mensen zijn,
dat wij vaak niet ingaan op wat God wil
Dat we stenen misbruiken in plaats van gebruiken.
Maar God is genadig,
Hij vergeeft ons en maakt ons vrij van alle kwaad.


God, Ik vraag U om vergeving,
voor alles waar ik tegen uw liefde inging
Ik sta voor u met wat ik kan, met mijn grenzen, met mijn stenen,
mijn lukken en mislukken.
Zie mijn goede wil en mijn spijt
Vergeef mij en neem mijn zonden van mij weg. Amen

Wij zoeken hier uw aangezicht,
God houdt uw oog op ons gericht: Kyrie eleison

Om alles wat U tegenspreekt,
een wereld waar uw Naam ontbreekt: Kyrie eleison

Uw Zoon heeft ons de weg gebaand.
Wij zullen vol vertrouwen gaan: Kyrie eleison



Wie het wenst krijg nu de kans
om persoonlijk aan God te bekennen wat onze fouten zijn.
Wie het wensen kunnen nu naar voren komen.
Het is een oud gebaar naar voren komen
en daarmee zeggen:
Heer, hier ben ik, aanvaard mij zoals ik ben
en vergeef mijn tekorten.

Wij buigen deemoedig het hoofd
en vragen om Gods erbarmen,
zijn hand op ons hoofd.
Wie wil, kan nu naar de priester gaan
voor het teken van de handoplegging.
God weet wat leeft in je hart,
je hoeft hiervoor niet veel woorden te gebruiken.

Wie wil kan op het kaartje dat je bij het binnenkomen kreeg
iets schrijven waarvan je spijt hebt
en God om vergeving wil vragen.
Je kan dit in het mandje vooraan leggen.
Straks worden al deze kaartjes verbrand als teken van Gods vergeving.


Heer, hier ben ik, aanvaard en vergeef mijn tekort
Heer ik was fout en wil het anders doen
Heer, ik heb gezondigd tegenover u en medemensen
en ik heb er spijt over

Mogen we wel vragen bij het naar voren komen
een afstand te bewaren achter de persoon
die bij de priester staat
zodat de nodige discretie bewaard blijft
bij de persoonlijke belijdenis van de biechteling

Tekst bij de verbranding van de kaartjes
als afsluiting van de biechtgelegenheid


Moge God zijn barmhartige hand houden
boven onze ontrouw aan zijn liefde,
Moge God die Bron is van leven, ons dragen
Moge Hij onze weg en horizon blijven
ook al zien we niet waarheen Hij ons leidt
Moge Hij zijn zegenende hand
waarin Hij onze namen heeft geschreven
steeds boven ons houden
om ons telkens weer te doen opstaan
en nieuw te worden om zijn liefde
door te geven aan zoveel anderen. Amen

Geloofsbelijdenis


Ik geloof, ik vertrouw en waag de sprong om te geloven
over twijfels heen weet ik heel diep van binnen,
weet ik zeker, dat Hij zoekt naar mij.
God blijft niet boven, ver weg van mij,
maar wil steeds weer iets nieuws beginnen, ...

Als een Vader ben Jij elke morgen
Schepper van de wereld die ik ken:
wat ik zie en wat ik niet zie,
waar en hoe en wie ik ben.


Als Jouw Woord dat mens werd, onze broeder:
Jezus die ons toonde wat Jij wil:
leven dwars door dood en onrecht
maakt een hemelsbreed verschil.

Als Jouw Geest die brandt en ons bijeenbrengt
Adem die ons voedt en inspireert,
die in ons droomt van Jouw schepping:
deze wereld omgekeerd.

Voorbeden



Bidden we voor de Kerk en voor de priesters;
dat zij mensen niet veroordelen en afwijzen
maar mild blijft voor het falen van mensen
en telkens opnieuw een kans geeft om te herbeginnen.
Laat ons zingend bidden

Barmhartige Heer, genadige God. Barmhartige Heer, genadige God.

Bidden we voor alle mensen
die anderen niet kunnen vergeven
of zelf niet om vergeving durven vragen,
dat ze iemand mogen ontmoeten
die hun hart opent voor Gods goedheid en vergeving.
Laat ons zingend bidden

Barmhartige Heer, genadige God. Barmhartige Heer, genadige God.

Bidden we voor alle christenen
dat ze zoals Jezus
met Gods ogen
naar onszelf en medemensen kijken
en mild zijn tegenover de kleine kanten van anderen.
Laat ons zingend bidden

Barmhartige Heer, genadige God. Barmhartige Heer, genadige God.

Priester

God, bron van eeuwig leven voor mensen,
we vertrouwen u deze gebeden toe
samen met alles wat leeft in ons hart
en wat anderen aan ons gebed toevertrouwden.
We geloven op Jezus’ woord
dat Gij onvoorwaardelijk en grenzeloos van ons houdt,
en ons kracht geeft om weer op te staan,
door Christus onze Heer, Amen

Offerande

Gebed over de gaven


Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen,
tot lof en eer van zijn Naam,
tot welzijn van ons en van heel zijn Heilige Kerk.

Gebed over de gaven


God, Vader van alle leven
Aanvaard dit brood en deze wijn,
die we met elkaar willen delen
in naam van Jezus die ons voorging
Zendt Uw Geest
Opdat wij zien met uw ogen
en onze handen openen
voor uw liefde en vergeving
en ook zelf mild en goed zijn voor anderen.
Dat vragen we u
voor vandaag en alle dagen van ons leven
tot in eeuwigheid. Amen

Prefatie


De Heer zal bij u zijn. De Heer zal u bewaren.
Verheft uw hart. Wij zijn met ons hart bij de Heer.
Brengen wij dank aan de Heer onze God.
Hij is onze dankbaarheid waardig.

Ja, het is passend en goed dat wij U dank zeggen,
God, menslievend en barmhartig als Gij zijt.
Gij laat nooit af ons op te roepen tot een leven vol geluk.

Gij zijt een God van tederheid en mededogen;
altijd staat Gij gereed om te vergeven
en al wie gezondigd heeft nodigt Gij telkens weer uit
zich te verlaten op uw barmhartigheid alleen.

Hoe dikwijls werd uw verbond door ons verbroken,
maar berusting kent Gij niet:
een nieuw verbond hebt Gij tot stand gebracht door Jezus,
uw Zoon, onze Heer.

Zo dicht hebt Gij de mensen naar U toegehaald
dat niets ons nog van U kan scheiden.
In deze tijd van verzoening en genade
geeft Gij uw volk gelegenheid in Christus te herademen
en zich tot U te keren,
om meer dan ooit uw Heilige Geest te volgen
en zo in dienst te staan van heel de mensheid.

Vol bewondering en dank om uw liefde die zoveel vermag,
om de vreugde der verlossing die Christus heeft gebracht,
zingen en belijden wij met ontelbaar velen in de hemel en op aarde:

Heilig


Laudate omnes gentes. Laudate Dominum.


Eucharistisch gebed


Wij danken U, God onze Vader, dat wij vrede kunnen vinden,
wij mensen met elkaar, liefde en verzoening, brood om met elkaar te delen,
kinderen die van haat niet weten,
altijd nieuwe hoop op een wereld vol geluk.

Dank aan U, God, dat wij durven vertrouwen op de mens,
op alle goeds dat in ons leeft.
Dank aan U voor de éne mens die wij met name mogen noemen:
Jezus Christus, die geheel van onze wereld is,
en geheel de uwe, Vader.
Hij heeft zichzelf, meer dan wie ook, gegeven voor uw koninkrijk,
vrede op aarde, een boodschap die nimmer verstomt.

Zachtmoedigheid was zijn kracht,
de minste van allen, zo ging Hij voorop.
Hij heeft ons geleerd te delen wat het leven biedt,
toen Hij op de avond voor zijn lijden en dood
het brood in zijn handen nam,

Acclamatie


Als wij dan eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

Redder van de wereld, bevrijd ons,
Gij die ons hebt verlost door uw kruis en verrijzenis.
Toen de Heer Jezus zijn werk van vrede in alles had volbracht
hebt Gij, Vader, Hem hoog verheven en Hem genoemd:
de mensenzoon, de eerste en de laatste,
de band die ons bijeen houdt, onze vrede.

Heer God, wij danken U voor deze mens.
Zend nu zijn geest in ons midden:
geloof in de toekomst, vertrouwen in de mens,
barmhartigheid en recht,
een Geest die niet verdeelt, maar samenbrengt.


Zo mogen wij worden een koninkrijk van vrede,
waar het goed is om te wonen,
waar vreugde en toekomst is voor iedereen
een wereld waar Gij, God, woont met de mensen,
een God met ons door de mens Jezus Christus.

Door Hem en met Hem en in Hem zal uw Naam geprezen zijn.
Heer onze God, almachtige Vader,
in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

Onze Vader


Vredeswens


Gods vrede en alle goeds word je toegewenst,

Vredeslied


Ik wens je vrede van God,..........
ik wens je vrede, vrede, vrede van de Heer.

Hevenu Sjalom Aleichem,...........
Hevenu Sjalom, Sjalom, Sjalom Aleichem.

Communielied


Op weg naar het paasfeest tot over de dood,
geen geld en geen reistas, geen water en brood.
Hoe zullen wij komen waar wegen niet gaan,
hoe vinden wij richting uit onland vandaan?

Wij dalen het graf in en hebben geen vrees,
we gaan naar de dode die Jezus ons wees.
Wij roepen zijn naam en schreeuwen: jij, jij,
ga weg uit de doden en leef je weer vrij.

De liefde als wapen wordt hier wereldwijd
en gaat overheersen in ruimte en tijd.
En zo komt de schepping die God ooit begon
door Jezus in gloed staan, en Hij is de zon.

Bezinning



Twee vrienden liepen door de woestijn.
Op een bepaald moment kregen ze ruzie
en de ene vriend sloeg de ander in het gezicht.
Degene die geslagen werd was gekwetst,
maar zonder iets te zeggen schreef hij in het zand:
'VANDAAG SLOEG MIJN BESTE VRIEND MIJ IN HET GEZICHT.'
Zij liepen verder totdat zij een oase vonden,
waar zij besloten een bad te nemen.

Degene die was geslagen,
raakte vast in modder en dreigde te verdrinken,
maar de vriend redde hem. Nadat hij was bijgekomen,
schreef hij op een steen:
'VANDAAG REDDE MIJN BESTE VRIEND MIJN LEVEN.'

De vriend die had geslagen en zijn beste vriend had gered vroeg hem: 'Nadat ik je had geslagen, schreef je in het zand
en nu schrijf je op een steen, waarom? '
De andere vriend antwoordde:
'Als iemand ons pijn doet moeten we het in zand opschrijven
waar de wind van vergeving het kan uitwissen.
Maar als iemand iets goeds doet voor ons,
moeten we het in steen graveren,
waar geen wind het ooit kan uitwissen.


Slotgebed


God van levenden,
waar mensen vastgelopen zijn
roept Jezus op tot een nieuw begin:
"Sta op en kom naar buiten".
Wij bidden U:
Geef ons de kracht om geen stenen te misbruiken
maar wel om samen alles op te bouwen tot de wereld die gij droomt.
Dit vragen we U door Jezus, onze Broeder en Tochtgenoot. Amen.

Zending en Zegen


Jezus zegt tot zijn leerlingen "Ik ben de verrijzenis en het leven.
Wie in Mij gelooft, zal in eeuwigheid niet sterven".
Dit woord van de Heer zendt ons om hoopvol te leven
en ook andere mensen tot leven te laten komen.

In het sacrament van de biecht mochten we
zijn liefde en barmhartigheid ontvangen
die van ons weer nieuwe mensen maakt.

Hij zendt ons van hieruit
Hiertoe wil Hij ons kracht geven
en zegenen als Vader, Zoon en heilige Geest. Amen.