maandag 11 mei 2015

Federale bezinning mei

19 MEI 2015.

WELKOMSTWOORD

Deze avond zijn wij weer samengekomen om ons even te bezinnen.
Laten wij dat doen onder Gods zegen:
In de naam van De vader, de Zoon en de H. Geest. Amen

INLEIDING.

Als je een kerk binnenkomt, en de zon schijnt, kijk je bijna vanzelf naar de ramen.
Het is meestal geen gewoon glas,
maar er staan mensen op die het licht doorlaten.
Meestal staan er bekende figuren op uit de Bijbel, Jezus of David,
of een andere bekende heilige.
Dikwijls zie je een verhaal uit de Bijbel de geboorte van Jezus bv.,
Soms herken je ook Maria, de moeder van Jezus op zo’n glasraam.
Brandglazen zijn het mooist als de zon er doorheen schijnt
want dan zijn de kleuren veel feller, veel mooier.
Door het zonlicht in de ramen worden die mensen uit de Bijbel bijna echt levend.
Al deze mensen vertellen iets over Gods liefde voor elke mens.
In een brandglas van Maria zien we het verhaal
van een eenvoudige vrouw uit Nazareth
die ja zei op Gods vraag om moeder te worden van Jezus.

Maria is ook onze moeder, als we tot haar bidden, luistert zij als een moeder,
en ze vertelt onze vragen, onze wensen, door aan God.
Zoals een glasraam het licht en de zon doorlaat,
zo laat Maria ons zien hoe graag God ons ziet
en hoe wij als gelovige mensen kunnen leven.

Moeder Maria, mensen hebben mij verteld
dat je moeder wilde worden van Jezus,
dat je je nicht ging helpen toen zij ook een kindje verwachtte.

Men heeft mij verteld dat hij zag dat er geen wijn meer was
en Jezus vroeg om te helpen.


Als ik naar een beeld of een glasraam van jou kijk,
zie ik dat er warmte van je uitgaat.
Jij zegt: zeg wat er in je hart leeft,
en ik zal het bij God brengen.
Wees mij nabij Maria, dag in, dag uit, altijd en overal,
in onze blijheid en als we verdriet hebben,
laat ons niet alleen. Amen.

LIED

Lief Vrouwke, ik kom niet om te bidden,
maar om een poos bij U te zijn.
Ik heb U niets te geven, niets te vragen deze dag.
Ik bezit alleen de grote vreugde
dat ik U bekijken mag . (bis)

Lieve Vrouwe, ik kom om U te danken
voor deze schone heil’ge stond.
Ik weet dat Gij mij lief hebt altijd meer nog elke dag.
Ik bezit alleen de grote vreugde
dat ik U beminnen mag. (bis)

Lieve Vrouwe, ik kom om U te vragen
wil ons allen zeg’nen nu.
Ik reken op uw goedheid, moederliefde elke dag.
Ik bezit alleen de grote vreugde
dat ik op U steunen mag. (bis)

LEZING

Er werd een trouwfeest gevierd te Kana in Galilea,
waarbij de moeder van Jezus aanwezig was.
Ook Jezus en zijn leerlingen waren op het feest uitgenodigd.
Toen de wijn opraakte, keek Maria Jezus aan en zei:
“ze zitten zonder wijn”
Jezus antwoordde: “wat hebben ik en u daarmee van doen?
Mijn uur is nog niet gekomen.
Maria zei tegen de dienaren: “Doe wat Hij u zeggen zal.”

Nu stonden daar zes grote stenen waterbakken voor het joodse reinigingsgebruik. “doe die bakken vol water” zei Jezus hun.
Ze vulden ze tot de rand toe.
Daarna zei Hij: “schep er nu wat uit en breng het naar de tafelmeester.
En ze deden het.
De tafelmeester proefde het water dat wijn was geworden,
maar wist niet waar die vandaan kwam; de dienaren wisten het wel.
De tafelmeester riep dan de bruidegom en zei:
“iedereen schenkt eerst en beste wijn,
en de gewone pas wanneer er al flink gedronken is.
Maar u hebt de beste wijn tot het laatst bewaard.”
Dat was het begin van Jezus’ tekenen en zijn leerlingen geloofden in Hem.

LIED

Lieve vrouwe van ons land,
met uw kroon of sleep van kant
en getorst door ruwe hand,
langs de vlakke wegen
Lieve vrouw langs beemd en gaard,
Lieve vrouwke bij de haard,
door geslachten vroom bewaard,
schenk ons volk uw zegen; Ave Maria (3x)

Moeder die op Vlaand’ren waakt,
van zover onz’heugnis raakt,
al wat Vlaand’rens grootheid maakt,
hebt gij ons gegeven :
eenvoud, adel van gemoed,
moederweelde, minnegloed,
reinheid en de stille moed
voor uw zoon te leven. Ave Maria (3x)

BEZINNING.

Je kan Maria zien in elke vrouw,
in elke mens die ziet al iemand hulp nog heeft
en vraagt wat zij voor die mens kan doen.
Je kan Maria zien in elke vrouw,
in elke mens die van het leven houdt,
die in elke mens iets goeds ziet.

Maria leeft in elke mens die gelooft
dat elke mens door God graag gezien wordt
en de hoop wakker houdt dat elke mens zijn eigen taak en plaats heeft
in deze wereld.
Je kan Maria zien in elke mens die gelooft
dat God ook nu in onze wereld werkt,
en zoals een glasraam licht is voor mensen
die verdriet hebben of schrik.
Je kan Maria zien in mensen die na een ruzie
weer vrienden worden en iets nieuws beginnen.
Je kan Maria zien in elke mens
die bidt en gelooft dat Jezus altijd voor ons zorgt.

Mijn hart zingt voor de Heer: Magnificat!
Mijn God is mij genadig, mijn vreugde overdadig;
en ieder prijst mij zalig: Magnificat!
Mijn hart zingt voor de Heer: Magnificat!

Welwillend zag mijn Redder naar zijn geringe dienares,
voltrok aan mij zijn wonder. Heilig is zijn Naam.
Hij is de trouwe Helper
van wie voor Hem gevoelig is,
maar wie hooghartig leven, wijst Hij van zich af.

Die machtig is zal vallen,
die nietig is komt op de troon,
die hongert wordt verzadigd, rijken stuurt Hij heen.
Zijn volk was Hij indachtig, vol deernis jegens Israël,
getrouw aan zijn gelofte. Eeuwig duurt zijn heil.

LEZING

Ze was niet mooi.
Ik had me haar beeld heel anders voorgesteld.
Haar kleren waren lompen,
haar grauw gerimpeld gelaat droeg de sporen
van hard werken en ontberen, van honger en zorgen,
en van menselijk verdriet.

Mijn zoon, zei ze, hij heeft zich ingezet voor zijn volk.
Hij was erbij als projecten moesten worden opgezet,
hij bracht mensen samen, leerde hen lezen en schrijven,
startte een coöperatie. Ze hebben hem gevonden.
Op een nacht hebben ze hem opgepakt.
Na drie dagen vonden we hem terug: vermoord.
En door haar tranen heen : hij wist waarvoor hij leefde.
Ik denk dat ik in Nicaragua Maria heb ontmoet.

LIED

Liefde gaf u duizend namen,
groot en edel, schoon en zoet.
Maar geen één die 't hart der Vlamen
even hoog verblijden doet.
Als de naam, o Moedermaagd,
die Gij in ons landje draagt,
schoner klinkt hij, dan al d' and'ren:
Onze Lieve Vrouw van Vlaand'ren
Onze Lieve Vrouw van Vlaand'ren

Waar men gaat langs Vlaamse wegen,
oude hoeve, huis of tronk,
komt men u, Maria, tegen,
staat uw beeltenis te pronk.
Lacht ons toe uit lindegroen,
bloemenkrans of blij festoen.
Moge 't nimmer hier verand'ren
O, Gij Lieve Vrouw van Vlaand'ren
O, Gij Lieve Vrouw van Vlaand'ren

VOORBEDEN

Voor alle moeders ter wereld,
dat zij zoals Maria met veel zorg en aandacht
hun kinderen nabij zijn en hen niet loslaten, wat er ook gebeurt.
Allen: Maria wees hen allen nabij.

Voor alle kinderen ter wereld,
dat zij mogen opgroeien in een gezin
waar de liefde tussen mensen merkbaar aanwezig is,
zodat ook zij levensblije mensen worden
die op hun beurt aandacht hebben
voor diegenen waarmee zij samen leven.

Allen: Maria wees hen allen nabij


Voor de kerkmensen van vandaag,
dat zij blijven zoeken naar wegen
om het geloof en Gods blijde boodschap te brengen bij mensen,
op een manier en met een taal die mensen aanmoedigt
maar ook bemoedigt.
Dat zij blijven geloven in een hartelijke levensnabije kerk
waar iedereen zichzelf mag zijn.

Allen: Maria wees hen allen nabij

Voor al onze eigen intenties en voor alles
wat op dit moment nog onuitgesproken in ons hart verder leeft.
Dat Maria het opneemt en met har zorg omringt.

Allen: Maria wees hen allen nabij.

LIED

Maria, poort van Gods genade,
Gij hebt gedragen en gevoed,
die hemel en aarde niet omvatten.
Gij, dienstmaagd des Heren, wees gegroet.

Leer ons in deemoed met U waken,
in aandacht bij Gods heilig woord,
dat wij het aanhoren en bewaren,
O Zetel der Wijsheid, zoals Gij.

HULDE AAN MARIA

Maria wat ons boeit in jou
is je bereidheid om te delen, je spontane dienstbaarheid.
Je vindt het zo vanzelfsprekend dat je tijd maakt om te luisteren,
dat je tijd maakt om te helpen, dat je tijd maakt om lief te hebben.
Je bekleedt ons met een mantel van geborgenheid.

En wij, jou met een blauwe mantel.
Je eigen kleur Maria,
de kleur van water en lucht, van de horizon.
Blauw is de kleur van verlangen,
van hemel en van verten, een mantel van je onbevangen keuze
voor het leven, omdat je steeds “ja” hebt gezegd, je hele leven lang.

Maria, we bekleden je met een mantel van groen:
de kleur van hoop en leven, van de jeugd.
Groen is de kleur van leven, natuur en rust.
Een mantel voor het luisterend oor,
want je bewaart onze” woorden diep in je hart
en geeft hoop en geloof als wij zijn verstard.

LIED

Nu looft en prijst mijn ziel de Heer,
van vreugde jubelt heel mijn hart,
in God die mijn verlosser werd.

Magnificat! Jubelt allen in de Heer, jubelt om uw heil!

Want welgevallig zag Hij neer
op mij, die door mijn nietigheid
niets anders den zijn dienstmaagd ben.

Zie, aangebroken is de dag
dat elk geslacht aan 't jub'len gaat,
elk volk mij zalig prijzen zal.

Wat mij nu is geschied, is groot,
wat kan de Almacht niet bij God,
wiens naam alleen hoogheilig is.

Maria we willen je kleden met een purperen mantel.
Het is misschien een wat droeve mantel, Maria van Smarten.
Een kleur van bezinning en omkeer.
Het is de kleur van verdriet. Soms sterker dan wankel licht.
Maar de glans van vertrouwen en stille hoop schijnt er doorheen.
Het is de kleur ook van de mantel die Jezus kreeg opgelegd.
De kleur van pijn, maar ook van geloof in Pasen.

Maria, we schenken jou een rode mantel:
de kleur van liefde en van strijd, de kleur van solidariteit.
Rood is de kleur van de warme trouw,
een mantel voor een vrouw als een rots in de branding.
In ons rusten en in ons werken, voor oud en voor jong,
blijf jij herkenbaar als medemens in ons midden.


Maria, jij bent voor velen de veelkleurige, beschermende mantel,
een toevlucht en een hulp.
Alle kleuren passen daarbij, een echte regenboog van kleuren.

Daarbij hoort ook nog een witte mantel;
het witte licht, de glans van een ster in de nacht.
Wit is de kleur van de zuiverheid, van de reinheid.
Wit kaatst licht en warmte terug.
Wit is de kleur van vreugde, feest en waarheid.

LIED

Regina caeli, laetare, alleluja:
Quia quem meruisti portare, alleluja:
Resurrexit sicut dixit, alleluia:
Ora pro nobis Deum, alleluja

Geen opmerkingen: