5de zondag in de veertigdagentijd. Biechtviering

Intredelied


Zo vriendelijk en veilig als het licht,
zoals een mantel om mij heen geslagen,
zo is mijn God, ik zoek zijn aangezicht,
ik roep zijn naam, bestorm Hem met mijn vragen,
dat Hij mij maakt, dat Hij mijn wezen richt.
Wil mij behoeden en op handen dragen.

Want waar ben ik, als Gij niet wijd en zijd
waakt over mij en over al mijn gangen.
Wie zou ik worden, waart Gij niet bereid
om, als ik val, mij telkens op te vangen.
Ik leef niet echt, als Gij niet met mij zijt.
Ik moet in lief en leed naar U verlangen.

Kruisteken


Hartelijk welkom allemaal in deze viering.
We zijn hier samen om Jezus te ontmoeten
op onze weg naar Pasen
God is voor ons Vader, Zoon en H. Geest. Amen.

Welkom


Het klinkt ons als muziek in de oren:
met een propere lei mogen beginnen,
de last van het verleden die wegvalt…

De vrouw die men wilde stenigen, mag het ondervinden.
Jezus schreef in het zand
en gaf haar daarmee een nieuwe kans.


Zijn ook wij bereid anderen nieuwe kansen te geven?
Want het gaat niet over die vrouw of over overspel.
Het gaat over oordelen.

Of hebben we zelf ook allerlei grote en kleine stenen op zak
om anderen te veroordelen en te stenigen?

Jezus werpt geen steen,
hij bevrijdt haar van de last,
van het kwaad waaronder ze gebukt gaat,
Hij vergeeft en geeft haar een nieuwe kans om te leven.

Als je iemand die je pijn of verdriet deed, van harte vergeeft,
toon je dat je echt heel veel van die persoon houdt.
God houdt zoveel van ons
dat Hij ons telkens opnieuw nieuwe kansen geeft,
deze woorden mogen wij ook straks door bemiddeling
van één van de priesters, horen in de biecht.

Openingsgebed


God, onze Vader, Jezus, Uw Zoon kwam op
voor hen die door anderen dood waren verklaard.
Moge zijn voorbeeld ons stimuleren
om ook op te komen voor waarachtig leven,
Dat vragen we U door Hem die met de H. Geest leeft
tot in de eeuwen der eeuwen. Amen.

Lezing


Jesaia 43,16-21

We horen Gods belofte aan het joodse volk dat terugkeert naar Israel
na de jarenlange ballingschap in Babylonië.
God schenkt ze een nieuwe kans om te leven in vrede.


In die dagen leefden de Israëlieten in ballingschap,
vernederd en ontgoocheld.
Zij hadden heimwee naar hun land en hun tempel.
Te midden van die ellende
sprak de profeet het volk moed in en zei :
“ Onze God laat ons niet in de steek.
Gij weet dat Hij ons volk eens bevrijd heeft
uit Egypte, dat slavenhuis.
Hij legde toen een weg door de zee,
zodat men er droogvoets doorheen kon.
Maar de paarden en de ruiters van de farao
die ook door de zee trokken, vonden de dood,
overspoeld door de geweldige golven.
Zij stonden niet meer op,
zij waren dood en begraven in de zee.”
Maar de mensen zeiden tot de profeet :
“ Wat hebben wij daar nu aan ?
We zitten hier gevangen, zonder uitzicht,
even dood en begraven als de ruiters van de farao.”
Hierop zei Jesaja :
“ Zo spreekt de Heer : Ik ga iets nieuws beginnen.
Het is er al : ziet ge het nog niet ?
Gij hoeft niet meer te denken aan wat er toen gebeurd is.
Neen, Ik leg voor u een weg aan door de steppe,
zodat ge veilig en wel thuis kunt geraken.
En onderweg zult gij geen dorst hoeven te lijden,
want beken en rivieren
laat ik overvloedig stromen door de woestijn.
Dan zal Ik u tot mijn volk maken
en zult gij mijn lof verkondigen.”

Woord van God Wij danken God.

Tussenzang melodie uit vuur en ijzer

Laat elk talent beschikbaar zijn en ieder mens te vinden zijn
om onrecht, oorlog, martelpijn met woord en daad te weren.
Dat al wie in God gelooft en in zijn rijk aan ons beloofd
met inzet van hart en hoofd zich tot de minste keren.

Laat alle kracht gebundeld zijn en liefde niet gekunsteld zijn,
om dwars door leugen, schone schijn een wereld op te bouwen,
waar tweedracht en haat verstomt en recht niet langer wordt verkromd,
zodat er een einde komt aan wee-geroep en rouwen.


Evangelie

Joh. 8, 2- 11

Uit het heilig evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes .

In die tijd begaf Jezus zich ’s morgens vroeg
naar de tempel en al het volk kwam naar Hem toe .
Hij ging zitten en onderrichtte hen .
Toen brachten de schriftgeleerden en de Farizeeën
een vrouw bij Jezus die op overspel betrapt was .
Zij plaatsten de vrouw in het midden van de kring
en zeiden tot Jezus :
“ Meester, deze vrouw is betrapt
op het ogenblik dat zij overspel bedreef .
Nu heeft Mozes ons in de wet bevolen
zulke vrouwen te stenigen,
maar gij, wat zegt gij hiervan ? “
Deze vraag was bedoeld als een strikvraag
in de hoop Hem ergens van te kunnen beschuldigen .
Jezus boog zich voorover
en schreef met zijn vinger op de grond .
Opnieuw stelden de aanklagers hun vraag .
oen richtte Jezus zich op en zei :
“ Wie onder u zonder zonde is,
mag de eerste steen op haar werpen .”
Toen de schriftgeleerden en de farizeeën dit hoorden,
dropen zij af, een voor een, de oudsten het eerst .
Zo bleef Jezus alleen achter met de vrouw
die midden in de kring was blijven staan .
Nu richtte Hij zich op en sprak tot haar :
“ Vrouw, waar zijn ze gebleven ?
Heeft iemand u veroordeeld ? ”
Zij antwoordde Hem :
“ Niemand, Heer .”
Toen zij Jezus tot haar :
“ Ook ik veroordeel u niet.
Ga heen en zondig voortaan niet meer .”

Acclamatie

U komt de lof toe, U het gezang, U alle glorie.
O Vader, O Zoon, O Heilige Geest in alle eeuwen der eeuwen.

Biechtmoment

God gooit niet met stenen, hij veroordeelt mensen niet,

Hij is een barmhartige God die telkens opnieuw
een nieuwe kans geeft,
zegt Jezus in Gods naam
tot de overspelige vrouw.
Maar het zou ook kunnen zijn tegen ieder van ons.

Laten we eerst, elk voor onszelf
even stilstaan bij de momenten
dat we anderen pijn deden of kansen lieten liggen
om goed te zijn voor anderen.

Wij wijzen met een vinger aan
wie onder ons heeft kwaad gedaan.
En onze woorden, hard als steen,
verwonden mensen om ons heen.

Maar Jezus wees een andere weg :
Zondig niet meer, heeft Hij gezegd!
Hij nam geen stenen in zijn hand,
maar knielde neer en schreef in 't zand.

Bij Jezus is een nieuw begin!
Hij zet zich voor ons allen in.
Hij brengt het kwaad niet aan het licht,
maar Hij vergeeft wat achter ligt.

Moment van inkeer

Vormelingen

Reeds een vijftal weken
Worden we uitgenodigd
om “ BROEDERLIJK te DELEN “
Maar we zijn meestal niet mild voor anderen.
Heer wees goed voor ons.

Misericordes sicut Pater, Misericordes sicut Pater,

We worden in de eucharistie uitgenodigd
om gemeenschap te vieren
Heer, vergeef ons als wij niet altijd
met de nodige eerbied
uw levensbrood ontvangen
Heer wees goed voor ons.

Misericordes sicut Pater, Misericordes sicut Pater,

Omdat we denken
dat we alles zelf kunnen
zonder Gods hulp
Omdat we God zo weinig danken
voor het mooie waarvan we mogen genieten.
Heer wees goed voor ons.

Misericordes sicut Pater, Misericordes sicut Pater,


Gewetensonderzoek

Op het woord van de Heer Jezus: Wie zonder
zonde is werpe de eerste steen,
willen ook wij onze stenen laten vallen.
Laten we even ons geweten onderzoeken.

Lector 1

Ik wil de steen laten vallen, de steen
van mijn pretentie, van mijn almacht:
Ik zal het wel alléén doen! Ik heb niemand nodig!

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 2

Ik wil de steen laten vallen, de steen
van mijn ongeloof en mijn onverschilligheid:
Het zal toch niet lukken!
Niemand wil meedoen.
Ik ben alleen met mijn eigen zaken bezig,
ik blijf liever voor mijn TV zitten!

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 1

Ik wil de steen laten vallen,
de steen waarmee ik heimelijk anderen ongelijk geef:
De medemens luistert niet naar mij
Zij weten niet wat goed of slecht is!

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 2

Ik wil de steen laten vallen, de steen
die me afsluit van de noden van de wereld:
Mij inzetten voor een rechtvaardigere wereld
is toch een illusie. Het geld blijft plakken;
het komt nooit terecht waar het voor bedoeld is!

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 1

Ik wil de steen laten vallen,
de steen waarmee ik mezelf en anderen
beoordeel en veroordeel:
Ik ben niet voor het geluk geboren!
Waarom denken de anderen alleen maar aan zichzelf?

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 2

Ik wil de steen laten vallen,
de steen van harde woorden
waarmee ik mensen pijn doe
en waarmee ik mensen pak op hun zwakste plek:
Eigen schuld dikke bult!

Barmhartige Heer, genadige God

Lector 1

Ik heb van mijn hart een steen gemaakt waarop
de warmte van Gods liefde geen vat heeft:
Ik sluit me op in mezelf,
ik wil vooral niet gekwetst worden.

Barmhartige Heer, genadige God

Zusters en broeders,
de weg naar vergeving
loopt over de erkenning:
ook in mij is goed en kwaad.
Met het goede wil ik doorgaan,
van het kwade wil ik bevrijd.


Heer, God van liefde, ik beken:
ik blijf wel eens onder de maat,
ik kom te kort in liefde voor anderen,
en zo kwets ik Uw liefde
voor ons allen.
Ik bid om vergeving.
En tegelijk vraag ik de kracht
om met velen
gestalte te geven
aan uw Rijk van liefde.

Biechtmoment

Wie het wenst krijg nu de kans
om persoonlijk aan God vergiffenis te vragen.
Wie het wensen kunnen nu naar voren komen.
Het is een oud gebaar naar voren komen en daarmee zeggen:
Heer, hier ben ik, aanvaard mij zoals ik ben
en vergeef mijn tekorten.
Wij buigen deemoedig het hoofd
en vragen om Gods erbarmen, zijn hand op ons hoofd.
Wie wil, kan nu naar de priester gaan
voor het teken van de handoplegging.
God weet wat leeft in je hart,
je hoeft hiervoor niet veel woorden te gebruiken

Heer, hier ben ik, aanvaard en vergeef mijn tekort
Heer ik was fout en wil het anders doen
Heer, ik heb gezondigd tegenover u en medemensen en ik heb er spijt over

Mogen we wel vragen bij het naar voren komen
een afstand te bewaren achter de persoon die bij de priester staat
zodat de nodige discretie bewaard blijft
bij de persoonlijke belijdenis van de biechteling
U kan na de biecht uw blaadje in de schaal werpen.

Instrumentale muziek door orgel

Tekst bij de verbranding van de kaartjes
als afsluiting van de biechtgelegenheid


Aan ieder die in deze viering tot inkeer
is gekomen, verkondig ik genade en vrede
namens God en namens deze gemeenschap.

Opeens breekt een nieuwe toekomst door.
Een lange en brede weg ligt voor je.
Een nieuwe adem doet je leven;
een onblusbaar vuur doet je hopen.
Solidariteit wordt waarheid; delen wordt werkelijkheid.
Niet is nog “van mij” of “van jou”.
Alles is “van ons”, omdat het “van God” is.
Geloof wordt bron van vreugde,
voor jezelf en door jou ook voor anderen.
Liefde wordt leven en leven wordt liefde.
Want zondaars vinden vergeving.
Laten we ook daar even bij stil worden.

Geloofsbelijdenis

Ik geloof in Hem die wij noemen: Ik zal er zijn voor u.
Hij is de kern, de bron van al wat bestaat.
Op Hem wil ik mij richten en zijn voorbeeld maken
tot de leidraad van mijn leven.

Ik geloof in Jezus.
In Hem heeft God een menselijk gelaat gekregen.
In Hem is de belofte van de Vader werkelijkheid geworden.
Ik geloof dat Hij niet vergeefs heeft geleefd
en niet vergeefs is gestorven,
maar dat Hij elke dag opnieuw verrijst
in mensen die zijn liefde concreet maken.

Ik geloof in zijn Geest, die ook vandaag mensen bezielt,
die hen aanzet om zijn manier van leven tot de hunne te maken,
om de weg te gaan van breken en delen,
van goedheid en verbondenheid, van recht en vrede,
altijd weer ten goede van iedereen. Amen.

Voorbeden


Laten we nu onze gebeden opdragen aan God.


Bidden we voor hen die leven naar Gods wet en die meer goed doen dan een wet ooit kan voorschrijven.
Laat ons bidden en zingen

O Lord hear my prayer (x2) When I call, answer me.
O Lord hear my prayer (x2) come and listen to me

Bidden we voor al die mensen
die hun leven wijden aan anderen
en zich in alles laten leiden
door wat hun hart hun ingeeft.
Dat wij zelf zulke mensen mogen zijn.
Laat ons bidden en zingen

O Lord hear my prayer (x2) When I call, answer me.
O Lord hear my prayer (x2) come and listen to me

Bidden we voor ons allen en voor heel onze gemeenschap;
Dat God ons zijn woorden in het hart legt
en onze namen schrijft in de palm van zijn hand.
Laat ons bidden en zingen

O Lord hear my prayer (x2) When I call, answer me.
O Lord hear my prayer (x2) come and listen to me

Priester

God, Gij die er zijt, altijd
Aanhoor ons gebed en wees ons genadig.
Hier, dit uur en alle dagen tot in uw eeuwigheid. Amen.

Aankondigen collecte

De meeropbrengst van de collecte is voor Broederlijk Delen.
Laten we projecten in Colombia mild steunen.
Gebed over de gaven

Moge de Heer het offer uit uw handen aannemen,
tot lof en eer van zijn Naam,
tot welzijn van ons en van heel zijn Heilige Kerk.

Gebed over de gaven

God, bewaar ons ervoor lijn te trekken die grenzen worden,
regels te maken die gevangen zetten,
drempels op te werpen die laten struikelen,
woorden te spreken die onverstaanbaar zijn,
daden te stellen die vernederen.
God, geef ons de kracht te leren delen en breken
ons brood, ons lichaam, onze ziel, ons bloed. Amen.

Prefatie

De Heer zal bij u zijn.
De Heer zal u bewaren.
Verheft uw hart
We zijn met ons hart bij de Heer
Brengen we dank aan de Heer onze God
Hij is onze dankbaarheid waardig

Ja, het is passend en goed dat wij U dank zeggen,
God, menslievend en barmhartig als Gij zijt.
Gij laat nooit af ons op te roepen tot een leven vol geluk.

Gij zijt een God van tederheid en mededogen;
altijd staat Gij gereed om te vergeven
en al wie gezondigd heeft nodigt Gij telkens weer uit
zich te verlaten op uw barmhartigheid alleen.

Hoe dikwijls werd uw verbond door ons verbroken,
maar berusting kent Gij niet:
een nieuw verbond hebt Gij tot stand gebracht door Jezus,
uw Zoon, onze Heer.


Zo dicht hebt Gij de mensen naar U toegehaald
dat niets ons nog van U kan scheiden.
In deze tijd van verzoening en genade
geeft Gij uw volk gelegenheid in Christus te herademen
en zich tot U te keren, om meer dan ooit uw Heilige Geest te volgen
en zo in dienst te staan van heel de mensheid.

Vol bewondering en dank om uw liefde die zoveel vermag,
om de vreugde der verlossing die Christus heeft gebracht,
zingen en belijden wij met ontelbaar velen in de hemel en op aarde:

Heilig

Laudate omnes Gentes, Laudate Dominum

Wij danken U, God onze Vader, dat wij vrede kunnen vinden,
wij mensen met elkaar,
liefde en verzoening,
brood om met elkaar te delen,
kinderen die van haat niet weten,
altijd nieuwe hoop op een wereld vol geluk.

Dank aan U, God, dat wij durven vertrouwen op de mens,
op alle goeds dat in ons leeft.
Dank aan U voor de éne mens
die wij met name mogen noemen:
Jezus Christus, die geheel van onze wereld is,
en geheel de uwe, Vader.

Zachtmoedigheid was zijn kracht,
de minste van allen, zo ging Hij voorop.
Hij heeft ons geleerd te delen wat het leven biedt,
toen Hij op de avond voor zijn lijden en dood
het brood in zijn handen nam,

Verkondigen wij het mysterie van ons geloof:

Acclamatie

Als wij eten van dit brood en drinken uit deze beker,
verkondigen wij de dood des Heren totdat Hij komt.

Redder van de wereld, bevrijd ons,
Gij die ons hebt verlost door uw kruis en verrijzenis.
Toen de Heer Jezus zijn werk van vrede in alles had volbracht
hebt Gij, Vader, Hem hoog verheven en Hem genoemd:
de mensenzoon, de eerste en de laatste,
de band die ons bijeen houdt, onze vrede.

Heer God, wij danken U voor deze mens.
Zend nu zijn geest in ons midden:
geloof in de toekomst, vertrouwen in de mens,
barmhartigheid en recht,
een Geest die niet verdeelt, maar samenbrengt.

Zo mogen wij worden een koninkrijk van vrede,
waar het goed is om te wonen,
waar vreugde en toekomst is voor de kinderen,
troost voor de bedroefden
en een wereld waar Gij, God, woont met de mensen,
een God met ons door de mens Jezus Christus.

Door Hem en met Hem en in Hem zal uw Naam geprezen zijn.
Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest,
hier en nu en tot in eeuwigheid. Amen.

Onze Vader

Vredeswens

Vredeslied

Ik wens je vrede van God,..........
ik wens je vrede, vrede, vrede van de Heer.

Hevenu Sjalom Aleichem,...........
Hevenu Sjalom, Sjalom, Sjalom Aleichem.


Communielied 914

Roept God een mens tot leven, wie weet waarom en hoe,
hij moet zichzelf prijsgeven, hij leeft ten dode toe.

Wij werden nieuw geboren toen de mens Jezus kwam,
die als een slaaf de zonde der wereld op zich nam.

Met Hem in geest en water tot zoon van God gewijd,
zijn wij met Hem begraven, verrezen voor altijd.

Gestorven voor de zonde, in Jezus' bloed vereend,
en met elkaar verbonden, levend voor God alleen.

Wie weerloos in de aarde als graan gestorven is,
wordt tot het brood verzameld dat aller leeftocht is.

Bezinning na de communie


't Is goed in 't eigen hart te kijken
Nog even vóór het slapen gaan
Of ik van dageraad tot avond
Geen enkel hart heb zeer gedaan;
Of ik geen ogen heb doen schreien,
Geen weemoed op een wezen lei;
Of ik aan liefdeloze mensen
Een woordeke van liefde zei.
En vind ik in het huis mijns harten,
dat ik één droefenis genas,
Dat ik mijn armen heb gewonden
Rondom één hoofd dat eenzaam was,
Dan voel ik, op mijn lippen,
Die goedheid lijk een avond-zoen.
't Is goed in 't eigen hart te kijken
En zó z'n ogen toe te doen.

Alice Nahon

Stilte


Slotgebed.


God, vader van alle mensen,
Soms staan we ook zelf klaar
om mensen te veroordelen.
Jezus leert ons dat wij zelf
ook vergeving nodig hebben
We danken u voor de woorden van vergeving
en de nieuwe kansen die we
in deze biechtviering mochten ontvangen.
In navolging van Jezus willen ook wij mensen
niet veroordelen, maar nieuwe kansen geven,
bewust van onze eigen kleine kanten.
Geef ons Uw kracht om mild en goed te zijn voor anderen.
Dit vragen we u door Christus, uw zoon en onze broeder. Amen

Zending en zegen

“Ook ik veroordeel u niet;
ga heen en zondig van nu af niet meer”.
Met deze woorden
redt Jezus het leven van de vrouw uit het evangelie.
Hij schenkt haar nieuw leven en nieuwe toekomst.
Ook wij hebben hier van Godswege
nieuw leven en toekomst ontvangen.
Wij mogen met vrede en vreugde
verder naar het paasfeest toeleven.
Zegene u onze God
almachtig in zijn barmhartigheid –
in de naam van ….