2 de zondag Advent

Gebed ter ontferming


Heer,
Johannes de Doper heeft ons de weg getoond naar U
Vergeef het ons, wanneer wij vastgeroest zijn
in eigen levensgewoonten
Heer, ontferm U over ons.

Draag mij, God in barmhartigheid. Til mij op uit al mijn kleinheid.
Koester mij in barmhartigheid:Vader, Moeder, God met ons.

Christus,
Johannes de Doper heeft ons de weg getoond naar U.
Vaak zijn wij geneigd andere wegen in te slaan.
Vergeef het ons en herdoop ons in het vuur van uw Geest
zodat wij als echte christenen door het leven gaan.
Christus, ontferm U over ons.

Draag mij, God in barmhartigheid. Til mij op uit al mijn kleinheid.
Koester mij in barmhartigheid:Vader, Moeder, God met ons.

Heer,
Johannes de Doper heeft ons de weg getoond naar U
Vergeef het ons wanneer wij ons laten meedrijven
met de vooral het commerciële rond Kerstmis.
Heer, ontferm U over ons.

Draag mij, God in barmhartigheid. Til mij op uit al mijn kleinheid.
Koester mij in barmhartigheid:Vader, Moeder, God met ons.

 
Voorbeden


Bidden wij voor mensen die hopen op een nieuwe wereld
en de droom blijven bewaren,
dat ze tekenen mogen zien van een nieuwe wereld …
Laten we zingend bidden.

Heer Jezus, kom en hoor onze bede, en breng ons liefd’ en vrede.

Bidden wij voor mensen in armoede,
voor mensen die onrecht worden aangedaan,
dat ze bondgenoten mogen ontmoeten
die kansen zien om onrecht om te buigen …
Laten we zingend bidden.

Heer Jezus, kom en hoor onze bede, en breng ons liefd’ en vrede.

Bidden wij voor mensen die de moed verliezen,
voor mensen die wantrouwen,
dat ze de kleinste kansen tot vrede blijven ontdekken …
Laten we zingend bidden.

Heer Jezus, kom en hoor onze bede, en breng ons liefd’ en vrede.

Bidden we voor onze nieuwe bisschop Lode die morgen/vandaag
Dat God hem mag zegenen met vele goede gaven
Om ons voor te gaan in geloof en dienstbaarheid
Laten we zingend bidden.

Heer Jezus, kom en hoor onze bede, en breng ons liefd’ en vrede.

 
Bezinning


Er zijn er niet zoveel die, zoals Johannes de Doper,
de woestijn aandurven,
de stilte, het alleen staan
en het eenzame vechten
met de diepste levensvraag:
‘Wat ga ik van mijn leven maken?
God, wat wilt U dat ik doe?’

Er zijn er niet zoveel
die na de eigen ommekeer,
ook aan anderen ommekeer gaan vragen,
en blijven doorgaan,
ook al klinkt hun stem verloren
in de woestijn van onbegrip.

Er zijn er niet zoveel als Johannes de Doper,
zo gelouterd, zuiver van bedoeling,
dat het waar was wat hij zei:
“Ik doe het niet voor mezelf.
Het gaat om Hem die na mij komt.
Het gaat om beter leven met allen.”

(naar C. Desoete)